Geen catch all-herdenking (Lofti El Hamidi, In het nieuws/De Groene Amsterdammer, 4.5.2017)
(…)
# Wanneer allerlei groepen en slachtoffers op één hoop gegooid worden, staat 4 mei op het punt een catch all-herdenkingsmoment te worden en verliest de oorspronkelijke, unieke betekenis van de Dodenherdenking aan kracht. Dat betekent niet dat er geen parallellen naar het nu getrokken mogen worden. Wanneer de tweede partij van Nederland oproept om moskeeën en islamitische scholen te sluiten, de koran te verbieden en de grenzen te sluiten voor migranten uit moslimlanden laat dat precies zien waarom de jodenvervolging op 4 mei weer centraal moet worden gesteld: dat nooit meer.
Deze slotpassage uit de mooie column van El Hamidi maakt duidelijk dat nog niet alles even helder en duidelijk is. De Dodenherdenking moet inderdaad geen catch all-herdenking worden. Gecombineerd met de uitroep ‘Dat nooit meer (oorlog)’, betekent het in wezen dat we nu in een andere tijd leven vergeleken bij de tijd voorafgaande aan de Tweede Wereldoorlog en wij, de huidige generatie, de politiek geen toestemming geven om oorlog te voeren.
Maar in 1940 lag dat heel anders en waren het de Duitsers die ons hele continent overspoelden. Achteraf gesproken hebben we in een Chamberlain als Brits ministerpresident (van mei 1937 tot mei 1940) met zijn Münchenconferentie waar de nazi’s hem belazerd hadden, en vervolgens op 3 september 1938 Duitsland de oorlog verklaarde geen voorbeeld waar wat uit te leren valt, want een naïeveling.
Vanwege de Duitse concentratiekampen – als barbaars feit – hebben de Verenigde Naties de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens opgesteld – als lichtend voorbeeld aan de mensheid -, en dat was historisch een hoogtepunt in de menselijke geschiedenis, dat echter ‘dezer dagen’, sinds de migratiestromen naar Europa, onder druk is komen te staan vanwege geloofsdiscriminatie en homohaat;, die helaas onderdeel zijn van ‘hun’ cultuur in verschillende islamitische landen. Die ‘andere’ culturen die ‘thuis’ aan hun nageslacht werden meegegeven, zijn hier in ons land in de vorm van joden- en homohaat wederom geherintroduceerd en daar is te weinig tegen gedaan. Waarschijnlijk vanwege de gezinsvereniging in ons land, die permanent bleek te zijn in plaats van de aanvankelijke gedachte dat die tijdelijk zou zijn. Het ‘conflict der culturen’ kortom.
Daarom is het goed om zowel Dodenherdenking als Bevrijdingsdag in ere te blijven houden, niet alleen omdat de maatschappij niet statisch is en er steeds weer nieuwe ontwikkelingen gaande zijn, maar er een doorlopende oefening in waarden- en normenuitoefening noodzakelijk is.
Om terug te komen op Wilders met zijn PVV, laat duidelijk zijn dat hij een groot brok onvrede in ons land representeert, en een politieke anti-establishmentfactor genoemd mag worden, maar zeker geen fascist, en ook geen Kamerlid dat discrimineert. Hij vent luid en duidelijk zijn islamkritiek uit en dat is in ons land een wettelijke mogelijkheid vanwege de vrijheid van meningsuiting en van kritiekuitoefening. Maar iedereen zal dat anders beoordelen: een moslim zal dat enerzijds als belediging en beledigend ervaren, maar als godsdienstkritiek wordt dat door de rechter toegestaan. Dat wil nog niet zeggen goedgekeurd, want daarover spreekt de rechter zich niet uit. Wel moet Wilders (moeten gaan) beseffen dat het geen zin heeft om maar op dat punt te blijven tamboereren, want dat wordt sleets.
Anderzijds luistert – behalve zijn eigen aanhang – niemand naar dat retorisch fenomeen omdat het verplaatste lucht is, maar omdat omgekeerd hij wel over een redelijk stabiele aanhang blijft beschikken, is dat wel een signaal aan de politiek om mee rekening te blijven houden. Iedere aandacht aan hem blijkt hem in de peilingen weer winst op te leveren. Dat is dus een apart probleem en valt hij door zijn retorische vermogen nauwelijks te bevechten. ‘Zijn eigen logica is niet de algemeen gehanteerde logica’, en dat maakt iedere redelijke discussie onmogelijk.
Maar het kernpunt hier is dat Europa anno 1938 geen halt durfde toe te roepen aan nazi-Duitsland en dat inmiddels en zeker dit jaar 2017 geen gevestigde politieke partij of figuur aanblijft als de bevolking zich tegen hem keert. Een tweede Hitler is in deze tijd volmaakt onmogelijk, omdat hij direct per sociale media voor gek wordt gezet. Neonazi’s heb ik op die kanalen nooit gezien.
Het enige dat resteert is een nieuw integratiebeleid en ik heb op deze plaats al voorgesteld om het Nederlandse paspoort dat na een geslaagd inburgeringsexamen wordt behaald, na 5 jaar opnieuw zal moeten worden afgenomen als een verlenging van dat paspoort (normaal 10 jaar geldig) aan de orde is. Is dit voorstel discriminerend naar nieuwe Nederlanders vanwege het aangebrachte verschil? Neen, want niet alleen cultuurverschillen spelen een rol, maar het kost ook jaren voordat een islamitische opvoedingscultuur wordt veranderd en getransformeerd in een westerse cultuurpatroon. Kortom, ‘assimilatie’ in plaats van het mislukte ideaal én stokpaardje van links in de vorm van integratie, dient weer bespreekbaar te worden opdat de Nederlandse waarden en normen ook onder migrantenkringen ingang vinden (of krijgen) onder de nieuwe Nederlanders.
Islamitische jongeren en pubers die Joodse jongens uitschelden vanwege hun ‘verkeerde, heidense geloof’, dienen bestraft te worden, zo goed als de nazi’s in de jaren dertig publiekelijk en internationaal tot de orde hadden geroepen hadden moeten worden. Dat is toen niet gebeurd en die fout mag nu niet herhaald worden.
Ook de gebruikelijke homohaat in islamitische kringen (en landen) is buiten ons inburgeringsonderwijs gebleven omdat daarvoor gevorderde taalbeheersing gevraagd wordt (ofwel noodzakelijk was) en dat kan van een eerste inburgeringsexamen niet gevraagd worden. Maar de tweede generatie migranten kampen met hetzelfde probleem. Thuis krijg je iets anders (aan)geleerd dan op school. Dat blijft een kerndilemma. Daarop zal toezicht op moeten worden uitgeoefend.
Op basis van deze algemene praktijkervaring mag worden vastgesteld dat ‘Dit nooit meer’ met name vandaag op straat een vooraanstaande rol moet gaan spelen: waar slachtoffers vallen vanwege discriminatie- en haatuitingen dient de iedere burger de MOED op te brengen om aan die wanpraktijken een halt toe te roepen, zodat er geen slachtoffers meer vallen. Dan pas heeft de jaarlijkse Dodenherdenking zin. De echte soldaten en verzetsstrijders waren mensen die bewust voor hun dodelijke missie hebben gekozen en daartoe zijn maar heel, heel weinig mensen in staat. Vandaar dat dit een universele opdracht aan de mensheid van vandaag is. Dat is dus de universele betekenis van de Dodenherdenking, opdat er geen mensen meer zullen omkomen vanwege hun overtuiging, ras of geloof.
En in het verlengde hiervan geldt een soortgelijke universeel beginsel voor Bevrijdingsdag: Voor de vrijheid – en bevrijding van onderdrukking – moet gevochten worden en ook het besef door te dringen dat oorlogsvoering in alle opzichten tegen de menselijke waardigheid ingaat en tegen iedere beschaving is gericht. En het ergste van alles: veroorzaakt door menselijke ego’s in regeringskringen en in dictatoriale landen die bij de gratie van de onderdrukking aan het bewind blijven. Daartegen dient de mensheid in opstand te komen. Dan pas kan Bevrijdingsdag WAARDIG worden gevierd. Het gaat om ieders individuele bevrijding van ieder onrecht. En dat er nog te veel onrecht voorkomt – waar dan ook, ook in ons land – behoeft geen vermelding, maar daarom is Bevrijdingsdag een kwestie van onze plicht doen voor toekomstige generaties. Wanneer ook de Tweede Wereldoorlog allang vergeten is.
https://www.groene.nl/artikel/geen-catch-all-herdenking