Het dilemma van Wilders: moet hij afstand nemen van Baudet of juist samenwerken? (Denise Retera, nrc.nl, 24 november 2022)
De strijd op rechts Ooit was de PVV de ophefmachine in de politiek, maar dat is nu FVD geworden. Het plaatst Wilders voor een dilemma: meedoen met Baudet of afstand nemen?
Met zijn handen in z’n broekzakken staat hij in één van de nauwe ingangen van de plenaire zaal. Daar, in de schaduw, kijkt hij naar wat zich in de Tweede Kamer afspeelt. Toch richt de camera zich op hém: Geert Wilders, partijleider van de PVV.
Het gebeurde afgelopen oktober. De Kamer stemde over de schorsing van Forum voor Democratie-leider Thierry Baudet, omdat die zijn nevenfuncties niet had opgegeven. Vóór de stemming kondigde Baudet bij de interruptiemicrofoon aan dat zijn fractie zich zou onthouden van stemming. Wilders zei daarna dat zijn fractie hetzelfde zou doen. Daarmee trok de PVV-leider een deel van de aandacht naar zich toe. Samen met Baudet liep hij de zaal uit. En wachtte hij, handen in de zakken, de uitslag van de stemming in de coulissen af – precies waar hij in beeld kwam.
Wilders zei dat hij zich ook zou hebben onthouden van stemming als het om een andere partij dan FVD was gegaan. „Als we elkaar als gekozen volksvertegenwoordigers van debat gaan uitsluiten, is het einde zoek.” Dit moment legde een dilemma bloot dat bij Wilders speelt: hoe moet hij omgaan met de voortdurende aandacht in Kamer en pers voor FVD – op veel terreinen een geestverwant, maar ook een electorale concurrent? Moet hij afstand nemen van de partij die steeds verder radicaliseert? Of juist gezamenlijk optrekken, zoals hier gebeurde?
Strijd op radicaal-rechts
De radicale rechterflank van het politieke spectrum is een volwaardige derde zuil geworden, naast centrumlinks en centrumrechts, concludeerde het Nationaal Kiezersonderzoek vorig jaar. Er is alleen een probleem: het is druk op rechts. De Partij voor de Vrijheid, sinds 2006 in de Kamer, heeft er in een paar jaar tijd veel concurrentie bijgekregen. Forum voor Democratie, JA21 en Belang van Nederland richten zich op dezelfde kiezersgroep als de PVV.
Dat is een probleem, met de Provinciale Statenverkiezingen in aantocht. In de peilingen lijkt vooral JA21 een belangrijke concurrent voor de PVV. Beide partijen staan op winst. Toch schenkt Wilders nauwelijks aandacht aan deze JA21. „Waarom zou hij?”, zegt Linda Bos, universitair hoofddocent politieke communicatie aan de Universiteit van Amsterdam. „JA21, en ook BVNL zorgen niet voor grote ophef. Als Wilders ze aandacht geeft, geeft hij die partijen alleen maar de zuurstof die ze nu niet hebben.”
„De PVV probeert JA21 inderdaad zo min mogelijk aandacht te geven met de gedachte: alles wat je aandacht geeft, groeit”, zegt Koen Vossen, universitair docent politicologie aan de Radboud Universiteit Nijmegen. „Wat Wilders misschien nog wel zal gaan doen richting de verkiezingen, is JA21 afschilderen als softies.” JA21 probeert een rechts alternatief voor de VVD te zijn, minder radicaal dan de PVV.
FVD: voortdurende ophef
FVD staat er minder goed voor dan PVV en JA21, toch is het juist deze partij die de laatste tijd veel media-aandacht krijgt. Extreme uitspraken van partijleider Thierry Baudet en Kamerlid Gideon van Meijeren veroorzaken steeds opnieuw ophef.
Hun complottheorieën en anti-democratische ideeën leiden tot meer opschudding dan de lange tirades tegen immigratie en het kabinetsbeleid die Wilders bij debatten houdt, of zijn tweets. Al heeft Wilders zijn toon nooit gematigd, toch is de aandacht van andere partijen en van media voor hem verslapt.
Zijn geluid wordt overstemd door dat van FVD. Tweede Kamervoorzitter Vera Bergkamp (D66) heeft zichtbaar moeite de partij aan te pakken. Debatten ontsporen steeds vaker, zoals toen het kabinet wegliep uit de plenaire zaal tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen in september, na verdachtmakingen van Baudet aan het adres van minister Sigrid Kaag (Financiën, D66). Ook media die volgens FVD leugens verspreiden moeten het ontgelden – zie het filmpje waarin Van Meijeren een journalist overviel met een cameraploeg en ‘ontmaskerde’ als ‘rioolrat’.
Deze strategie, ophef veroorzaken en ontregelen, is precies dezelfde als die van de PVV vanaf 2006. „Ik denk dat Wilders nu af en toe denkt: Baudet neemt wel erg veel aandacht van me weg”, zegt Vossen. „Dan wil hij de aandacht weer even naar zich toetrekken.”
Wilders reageert op Baudet
Soms twittert Wilders iets wat indirect een reactie lijkt te zijn op FVD. Zo viel de PVV-leider een uur nadat Van Meijeren zijn filmpje ‘Rioolratten ontmaskerd’ online had gezet, de hoofdredacteur van Trouw op Twitter aan, Cees van der Laan. Die had geschreven dat Wilders „het Rusland van Poetin” zou binnenhalen, waarna Wilders schreef dat Van der Laan zich „definitief als de allergrootste vijand van onze democratie, vrijheid én van de PVV’’ had gemanifesteerd. En na Baudets uitspraak over Kaag had Wilders het tijdens de APB over Kaags „agenda van de vernietiging van Nederland”.
Maar: „Wilders kiest er voor Baudet het veld te laten omploegen, het grove werk te laten doen, en vervolgens minder expliciet mee te gaan in zijn retoriek”, zegt Léonie de Jonge, universitair docent Europese politiek en maatschappij aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Voor FVD in de Kamer zat, sprak Wilders al van een ‘nepparlement’ ~ Henk te Velde hoogleraar Nederlandse geschiedenis aan Universiteit Leiden
„Voordat FVD in de Kamer zat, sprak Wilders al van een ‘nepparlement’”, zegt Henk te Velde, hoogleraar Nederlandse geschiedenis aan de Universiteit Leiden. Ook Linda Bos ziet daar een overeenkomst tussen de twee partijen. Het is volgens haar „populist-eigen” om te stellen dat ‘de elite’ een verborgen agenda heeft en niet op de hand van het volk is. „Dat heeft de PVV altijd al gedaan.” Maar FVD gaat met het hinten op omverwerping van de gevestigde orde wel een grote stap verder dan de PVV.
Als FVD in het verleden ophef veroorzaakte, liet Wilders die meestal aan zich voorbijgaan. Heel af en toe haalde hij uit naar Baudet. Zo noemde hij de FVD-leider vorig jaar op Twitter „knettergek” toen die hem verweet dat hij zich had laten vaccineren tegen het coronavirus.
In 2018 viel Wilders Baudet aan in een Kamerdebat over de in opspraak geraakte minister Halbe Zijlstra (Buitenlandse Zaken, VVD). Baudet vroeg zich af waarom premier Mark Rutte (VVD) hem niet „met stille trom” had laten vertrekken. Wilders vroeg waarom Baudet niet pleitte voor een vertrek „met luide trom”. „De minister-president had het aan de Kamer moeten melden!”, aldus Wilders.
Weglopende kiezers
Nu FVD terugloopt in de peilingen, zijn weglopende kiezers van deze partij een interessante doelgroep voor Wilders. Bovendien: hij zal niet gezien willen worden als een bravere versie van Baudet, zegt Henk te Velde. Koen Vossen ziet dat ook zo. Een deel van de PVV-kiezers zal weglopen bij de PVV als Wilders zich ook maar enigszins afzet tegen FVD, zegt hij. Dat zijn kiezers die gevoelig zijn voor complottheorieën, zoals FVD die verkondigt.
Vossen: „Maar Wilders zal een ander deel van zijn kiezers kwijtraken als hij de ideeën van FVD helemaal omarmt.” Léonie de Jonge denkt dat het voor de PVV zelfs een voordeel kan zijn dat FVD „bizarre complottheorieën” ontvouwt. „Daarmee stoot FVD een grote groep kiezers af, die misschien voor de PVV gaat.” Volgens Vossen is Wilders’ strategie om zich niet te committeren aan één kant. „Dat zie je bijvoorbeeld als het over de Oekraïne-oorlog gaat. Hij schaart zich niet helemaal achter de Nederlandse regering, maar hij neemt het ook niet op voor Poetin, zoals Baudet doet. Waarom zou Wilders ook? Hij zou er mogelijk veel stemmen mee verliezen.”
Wilders heeft overigens weleens „gespeeld” met bijvoorbeeld de omvolkingstheorie, zegt Vossen. „Maar hij zal daar, anders dan Baudet, nooit een uitvoerig exposé over houden. Als Wilders ernaar wordt gevraagd in een interview zegt hij altijd iets in de trant van: ‘Waar het mij gewoon om gaat, is dat onze mensen achtergesteld worden.’ Heel anders dan Baudet, die geen rem lijkt te hebben.”
Hoewel Wilders op momenten toenadering lijkt te zoeken tot FVD, zie je dat niet terug in het stemgedrag van zijn partij bij wetsvoorstellen. De stemverhouding is ongeveer hetzelfde gebleven. In 2018, bijvoorbeeld, stemde FVD in 80,7 procent van de gevallen hetzelfde als de PVV. Dit jaar was dat 80,4 procent. Dat blijkt uit data van de Parlementaire Monitor, opgevraagd door NRC.
Het gaat daarbij om ‘gewone’ wetsvoorstellen, dus niet om bijvoorbeeld begrotingen en verdragen. Wat wél veranderd is: FVD stemde dit jaar relatief vaker tegen wetsvoorstellen dan de PVV (40,7 procent versus 25 procent). In 2018 was dat nog andersom (29,6 procent versus 37,8 procent). FVD lijkt dus oppositioneler te zijn geworden dan de PVV.
De Provinciale Statenverkiezingen zullen laten zien of de strategie van Wilders werkt. Landelijke peilingen zetten de PVV op zo’n twintig Kamerzetels, tegen circa tien voor JA21 en vier voor FVD. Wilders is er zoals altijd vroeg bij met campagnevoeren: dinsdag was hij in het Brabantse Gemert-Bakel om inwoners te steunen in hun verzet tegen de komst van een asielzoekerscentrum.
*De conclusie luidt dus dat er nieuwe besluitvormingsstructuren nodig zijn zonder parlementaire bestellen omdat ze achterhaald zijn. Maak er regionale samenwerkingsbesturen van met medewerking van alle burgers die zonder partijbelangen hun rol mee wensen te spreken/spelen. Dit laatste woordgrapje verraadt maar twee letters verschil. We hebben ons allemaal in de maling laten nemen door grofmazige schreeuwers die indruk hebben gemaakt in journalistieke ogen en dus aandacht moest krijgen; maar volgens filosofisch geredeneerd een levensgevaarlijke houding. De opkomst van populisme is daaraan te danken/wijten.