Nederland moet starre houding over regels voor wereldhandel opgeven (Theo Henrar • Katern Ondernemen/fd, 8 november)
# Deze week worden in Brussel belangrijke besluiten genomen voor de Europese staalindustrie, een belangrijk onderdeel van de maakindustrie. De Raad van ministers van Buitenlandse Handel buigt zich over hervorming van de Europese handelspolitiek. Dat is hard nodig omdat Europa wordt geconfronteerd met grote partijen staal die China onder de kostprijs dumpt. Als Europa niet zorgt voor een gebalanceerd handelsbeleid zal dat de innovatiekracht en de duurzame productie van staal in Nederland zwaar treffen.
# China heeft geen markteconomie. Het kent een enorme overcapaciteit op het gebied van staal: ruim 300 mln ton, meer dan de Europese en Amerikaanse markt samen. Er bestaan talloze zombiebedrijven en er wordt niet of nauwelijks gerationaliseerd.
Wonderlijk dat het ‘primitieve’ China onder deze bijzondere omstandigheden van hun eigen planeconomie toch kan overleven… Dat stelsel is dus toch sterker dan gedacht.
# Nadat de G7 eerder dit jaar over de ongekende crisis in de staalindustrie had gesproken, heeft de G20 in september besloten een forum op te richten dat zich gaat buigen over het overcapaciteitsprobleem. Niet geheel onverwacht traineert China dit proces waardoor nog geen enkele vooruitgang is geboekt.
# Het is daarom cruciaal dat Europa deze week de juiste beslissingen neemt. Helaas is het Nederland dat tot op heden een belangrijke rol speelt in het tegenhouden van de zo noodzakelijke herziening van de handelsbeschermingsregels.
Waarom wordt hier niet nader uitgelegd dat het Nederland is dat belemmerend optreedt?
# Europa is traag in het nemen van maatregelen: zo’n 8 à 9 maanden terwijl de VS dat al na 45 dagen doet. Het is ook het enige grote handelsblok in de wereld dat een antidumpingregeling heeft die veel verder gaat dan wat binnen de Wereldhandelsorganisatie is afgesproken. Altijd worden de belangen van alle betrokkenen — waaronder binnenlandse producenten, gebruikers en consumenten — tegen elkaar afgewogen (de ‘Union interest test’). Als uit die afweging blijkt dat de EU als geheel niet gebaat is bij een antidumpingmaatregel, wordt hij niet opgelegd. De VS kennen deze regel niet.
# Daarnaast past Europa, eveneens in tegenstelling tot Amerika, de zogenaamde ‘lesser duty rule’ toe. Naast de dumpingmarge berekent men ook een schademarge. De ‘lesser duty rule’ houdt in dat de laagste van die twee marges wordt opgelegd als heffing. Omdat de VS dit niet doen, leggen zij veel hogere heffingen op dan Europa. Voor koudgewalst staal uit China heeft de EU heffingen opgelegd van 23%, terwijl die in de VS in het vergelijkbare geval meer dan 500% bedragen.
# Het kabinet is tegen een aanpassing van de ‘lesser duty rule’. Het noemt deze regel noodzakelijk om een evenwicht te vinden tussen de belangen van de Europese industrie die lijdt onder de gedumpte importen en de verwerkende industrie die gebaat zou zijn bij zo laag mogelijke prijzen. Maar hier wordt volledig voorbijgegaan aan het feit dat die belangenafweging al plaats vindt met de ‘Union interest test’. Hierin worden de belangen van de verwerkende industrie expliciet meegenomen en als blijkt dat de Unie als geheel geen baat heeft bij de maatregel, wordt hij niet opgelegd. Er is geen noodzaak om die afweging nog eens over te doen met de ‘lesser duty rule’.
Dit is belangrijke informatie voor het grote publiek en hiermee wordt ook duidelijk hoe belangrijk het is dat het publiek geïnformeerd wordt over deze ontwikkelingen en kan datzelfde publiek ook als tegenwicht ontwikkelen tegen de ambtelijke technocratie en hun status van onterechte superioriteit.
# De Europese Commissie stelt voor om in bepaalde gevallen, zoals bij extreme overcapaciteit, de regel niet toe te passen. Ook al blijft hiermee voor een deel de ongelijkheid tussen de VS en Europa bestaan, voor de staalindustrie is het een acceptabel compromis. Het is onbegrijpelijk dat Nederland star blijft vasthouden aan zijn standpunt en daarmee bijdraagt aan een wereld waarin de handel niet in balans is.
# Aan de ene kant staat China dat met zijn ongebreidelde groei en lage standaarden op het gebied van mensenrechten, milieu, werknemersbelangen en staatssteun op een oneerlijke manier haar staal de wereld in stuurt. Aan de andere kant staat Amerika dat oneerlijke concurrentie aanpakt en voortvarend ingrijpt voordat het kalf verdronken is. En Europa? Europa dreigt de mondiale afvoerput te worden met een volledig open economie en een aantal lidstaten waaronder Nederland dat weigert om een modern handelsbeschermingssysteem te introduceren.
# Nederland moet een proactieve en gebalanceerde handelspolitiek voorstaan en zou een voorbeeld moeten nemen aan Duitsland, de kampioen van de maakindustrie, en Frankrijk, die wel een adequate regeling willen.
# Dat kan deze week. In de handelsraad moet ons land zijn starre houding opgeven, pleiten voor een beleid waarbij sneller wordt opgetreden en het Commissievoorstel steunen dat de ‘lesser duty rule’ in specifieke gevallen niet wordt toegepast. Alleen dan zal mondiaal een handelsevenwicht gerealiseerd kunnen worden en oneerlijke concurrentie een halt worden toegeroepen.
[Theo Henrar is directievoorzitter van Tata Steel Nederland.]
https://fd.nl/ondernemen/1174626/nederland-moet-starre-houding-over-regels-voor-wereldhandel-opgeven