Stelling: We zijn er nu achtergekomen hoe wrak de basis is van Griekenland, dat alleen vanwege een misvatting in het verleden (‘Italië kon ook de eurozone binnen komen ondanks het niet voldoen aan de voorwaarden’) is toegetreden tot de euro. Maar nu journalist Hennie Harinck duidelijk heeft omschreven wat we onder een oligarchenstaat moeten verstaan, wordt duidelijk dat Griekenland tot in alle uithoeken een primitieve natiestaat is die niet in staat mag worden geacht zelf orde op zaken te stellen. Daarom is een grootschalige Marshallplan nodig naast de andere instrumenten die nu worden opgetuigd.
Tsipras is nog niet van de oligarchen af (Hennie Harinck, Opinie & Debat/de Volkskrant, 22 juli)
Het ontmantelen van de diaploki, het web aan machtsverhoudingen, zal een taaie klus worden.
Met de lijst van 2000 Zwitserse bankrekeningen van Grieken werd vijf jaar niets gedaan.
‘Ook Proton Bank riep ooit een beeld op van solidariteit, van een bank waar je geld prudent wordt beheerd. Maar schijn bedriegt. Laten we eens inzoomen op Proton Bank, tot de nationalisatie in 2011 eigendom van de illustere magnaat Lavrentis Lavrentiadis.
‘Deze oligarch deed precies waar Griekse bankiers om bekendstaan: slinks boekhouden. Hij leende 900 miljoen euro van ‘zijn’ bank om zijn slecht lopende privébedrijven mee overeind te houden. Begin 2011 werd Lavrentiadis aangeklaagd voor fraude, verduistering, witwassen en contractbreuk.
‘De oudere Grieken geven Lavrentiadis de bijnaam ‘de nieuwe Koskotás’. Misschien was de als kind naar Amerika geëmigreerde George Koskotás (1954) wel het prototype van de tycoon die genadeloos gebruikmaakte van de zwakte van de Griekse instituties. Toen de slimme zakenman in 1979 terugkeerde naar zijn geboorteland ging het razendsnel met zijn carrière. Op het hoogtepunt was Koskotas eigenaar van de Bank van Kreta, van het mediabedrijf Grammi en van voetbalclub Olympiakos. ‘K’ zoals de schrijver Vassilikos hem noemt in het gelijknamige boek, bleek een financieel wonderkind, een goochelaar met rekeningen en renteverschillen.
‘Koskatás creëerde een machtsstructuur die Oxford-professor Pavlos Eleftheriadis in zijn boek Misrule of the Few diaploki noemt: een web van relaties tussen steenrijke families, media , bedrijven en politiek. Griekenland, zo zegt hij, wordt in feite geregeerd door oligarchen (letterlijk: weinigen heersen) met directe banden met de politiek.
‘Premier Alexi Tsipras staat voor de titanenklus corruptie uit te bannen in een maatschappelijk bestel waar belastingontduiking en kapitaalvlucht ‘normaal’ zijn. Begin dit jaar benoemde de premier Panagiotis Nikoloudis tot minister belast met corruptiebestrijding. Nikoloudis becijferde dat Grieken 120 miljard euro hebben gestald op rekeningen in het buitenland. Geld waarover geen belasting wordt betaald.
‘En het zijn tegoeden waar hij niet bij kan. In een interview met The New York Times constateert de anticorruptietsaar dat malversatie en corruptie ‘endemisch’ is toegenomen over de Jaren 2000-2010, daar meteen aan toevoegend dat ‘daarmee niet gezegd is dat de gehele Griekse bevolking corrupt is. Ik heb niets tegen rijke mensen, wel als die rijkdom oneerlijk is verkregen.’
‘De partijloze Nikoloudus, voormalig viceprocureur-generaal, wil de grootscheepse kapitaalvlucht aanpakken. Daarvoor kan hij zich mede beroepen op de zogeheten Lagarde Lijst, de lijst van tweeduizend bankrekeningen van Grieken in Zwitserland. Christine Lagarde, toen nog de Franse minister van Financiën, zond die lijst in 2010 naar haar ambtgenoot in Griekenland. Pas nu wordt er actie ondernomen.’
Gisteren werd op radio1 een Nederland-Griekse stagiaire in een Griekse rechtbank geïnterviewd en wat bleek: op een werkkamer met 8 medewerkers waren maar 2 computers beschikbaar. Het merendeel van de gerechtelijke dossiers wordt dus met pen en papier aan deze dossiers toegevoegd. Geen wonder dat het land hopeloos achterloopt op alle fronten die kenmerkend zijn voor een hoogontwikkelde industriële maatschappij. Daarom helpen alleen die EU-noodfondsen in het Griekse drama niet. En mogelijk zelfs averechts als die miljarden in verkeerde handen komt. Geef Griekenland een uitzonderingsstatus en wij bieden hen ontwikkelingshulp aan. Feitelijk kan vastgesteld worden dat Griekenland alleen een ontwikkelde scheepbouwindustrie en toerismebranche bezit en verder niets.