Tags
Mensen worden niet groener als je ze bang maakt (Frank Straver, Katern de Verdieping/Trouw, 4 september 2023)
Klimaataanpak| interview
Groen leven is duur, ingewikkeld en we ‘mogen’ minder. Dat idee is hardnekkig, maar ongefundeerd, zegt Marieke Blom, topeconoom bij ING. ‘Juist als we de klimaatdoelen níet halen zijn we straks slecht af.’
De moeder van Marieke Blom (49) wilde voor de energiecrisis haar huis isoleren en misschien ook zonnepanelen plaatsen. De aannemer kwam langs en zei: “Dat kunnen we regelen. Maar u verdient die investering tijdens uw leven niet terug.” Bloms moeder zou simpelweg niet genoeg energie besparen om uit de kosten te komen, zelfs niet als alle beschikbare subsidies werden meegerekend. Dan maar laten zitten dus.
“We zijn daar in eerste instantie in meegegaan”, zegt Blom, hoofdeconoom bij ING. Maar het zat haar niet lekker. Een duurzaam plan werd de kop in gedrukt, maar waarom eigenlijk? “Die aannemer rekende duidelijk niet mee dat gas steeds duurder wordt. En ook niet dat de waarde van een huis toeneemt als het duurzamer is.” Als het huis ooit verkocht moet worden, dan komt die waarde vrij in de verkoopprijs. Bloms punt: “Zo’n duurzame investering is vaak wel degelijk rendabel als je rekening houdt met duurzaam beleid”. Dus die duurzame verbouwing had, achteraf gezien, gewoon moeten doorgaan.
De privé-ervaring is illustratief voor wat Blom wil betogen. Het perspectief op duurzamer leven is te negatief, zegt ze. Te veel gericht op: levert het iemand snel geld op? Geeft het niet te veel gedoe? Volgens Blom wordt onvoldoende meegewogen dat een duurzame keuze uiteindelijk altijd lonend is, meestal voor de burger zelf en zeker voor de maatschappij als geheel.
Blom: “We gaan over de ecologische grenzen heen, de leefbaarheid staat onder druk. Dat is onhoudbaar, ook voor het economisch stelsel.” En duurzame keuzes betalen zich uit: schonere lucht, meer natuur, een rem op opwarming van de aarde, minder schade door natuurgeweld aan huizen en bedrijven.
“Wat ik lastig vind”, zegt Blom, “is dat het in het klimaatdebat soms lijkt alsof steun voor verandering alleen maar gezocht wordt door de ‘doemstand’ aan te zetten.” Ze doelt daarbij op de politieke opvatting dat oplossingen voor de klimaatcrisis onhaalbaar of onbetaalbaar dreigen te zijn. “Daar maak je mensen echt enthousiast mee,” zegt ze op ironische toon.
Op een klimaatbewuste minderheid na dreigen veel mensen af te haken als de groene boodschap omkleed is met alarmbellen over de omvang van de transitie, vreest Blom. Dat is zonde, zegt ze, want een brede middengroep maakt zich volgens talloze peilingen best zorgen om klimaatverandering en milieuschade. “Ze vragen zich alleen af: kan ik dat wel betalen? Lukt het mij, is een stekkerauto of warmtepomp voor ons huishouden weggelegd?”
Het is een politieke opgave, zegt Blom, zeker voor het kabinet dat na de verkiezingen aan zet is, om die groep mee te krijgen, te verleiden en ondersteunen.
Snelle veranderingen
Andere grote veranderingen die zich in een paar decennia hebben voltrokken ziet Blom als tekenen dat transities ook voor het bedrijfsleven te realiseren zijn, al lijken ze soms onhaalbaar. Ze noemt de snelheid waarmee het opleidingsniveau inf Nederland steeg, de slinkende rol van industrie, de snelheid waarmee digitalisering opkwam en sterke toename van internationale handel.
Het zijn misschien geen klimaatvriendelijke veranderingen, maar wel voorbeelden die aantonen dat de wereld er over een paar decennia heel anders kan uitzien. Ook tijdens tijdens de energiecrisis bleken bedrijven veel te kunnen doen, bijvoorbeeld de verwarming lager zetten, of fabriekshallen isoleren.
“Ik wil niet beweren dat niemand pijn zal ervaren door de duurzame transitie”, zegt Blom. Sommige mensen kunnen in de knel dreigen te raken door de kosten van vergroening. Gerichte steun en ‘royale subsidies’ ziet zij als oplossingen daarvoor. Maar dat ligt gevoelig onder economen. “Veel van hen zeggen: pas op met veel subsidies, het is inefficiënt.”
Voor de staatskas zou het gunstiger zijn vervuilend gedrag veel duurder te maken, in plaats van kortingen uit te delen voor groene stappen. “Toch zeg ik: subsidies belonen burgers en onderzoek toont aan dat dit het draagvlak voor duurzaamheid vergroot. Wees als overheid bereid daar een prijs voor te betalen.” En is er eenmaal een subsidieregeling, stelt Blom, laat die dan voortbestaan. “Dus geen stop-go-beleid.”
Ingewikkeld gedoe
Wat het Rijk ook kan doen bij het bieden van stimulerende regelingen: poespas wegnemen. Uit een onderzoek van Vereniging Eigen Huis bleek dat bewoners die een poging doen duurzame subsidies aan te vragen vastlopen in ingewikkelde online portalen. Soms laten ze het er dan maar bij zitten.
Zelfs als topeconoom kan Blom meepraten over de bureaucratische doolhoven. “Wij hebben thuis zonnepanelen genomen. Daarover konden we de btw terugvragen. Nou, mijn man heeft het geregeld, maar wij vonden het een ingewikkeld gedoe. Totaal maf. Inmiddels is er gelukkig een btw-vrijstelling, zo hoort dat.”
De opgave om de doelen uit het Parijse Klimaatakkoord in 2050 te bereiken is groot. “Maar laten we de aanpassingen die nodig zijn niet onnodig groot maken.” Dat gebeurt nu in het landelijke klimaatdebat wel, vindt Blom. Kreten zoals dat het klimaat vraagt om ‘de grootste transitie sinds de Tweede Wereldoorlog’ vindt zij niet zo zinvol: ze suggereren een niet te nemen horde. En dat klopt niet, zegt Blom, omdat er vaak voordelen zijn en omdat inkomensgericht beleid duurzame keuzes voor iedereen hanteerbaar kan maken.
Neem elektrisch rijden. “Er zijn, op de voorhoede na, nogal wat mensen die gehecht zijn aan een auto met een verbrandingsmotor.” Die groep, met benzine of diesel in de tank, vreest een stekkerauto, die duur en ingewikkeld lijkt. “Toch zal de elektrische auto uiteindelijk goedkoper blijken”, verwacht Blom. “Een e-auto heeft minder onderhoud nodig. En omdat we veel zonne- en windenergie gaan produceren, worden de gebruikskosten ook lager. De totale gebruikskosten zijn dus gunstig. En het scheelt luchtvervuiling, omdat er minder vieze stofjes in de lucht terechtkomen. Oké, dan moeten we alleen nog even wennen aan de manier waarop we ‘tanken’.”
Zo bezien, wil Blom maar zeggen, valt het wel mee met de collectieve overstap van fossiele naar elektrische auto’s. Een positiever verhaal over klimaatvriendelijke keuzes kan en moet worden uitgedragen, vindt zij.
Ze was daarom ook blij met het pleidooi van de nieuwe Nederlandse covoorzitter van het VN-klimaatpanel IPCC, Bart van den Hurk. Hij bepleitte eind juli meer aandacht te geven aan de kansen en perspectieven die klimaatbeleid biedt, in plaats van alleen maar de noodklok te luiden. Blom knikt instemmend. “We moeten ons afvragen: gaan we onze aandacht richten op afschrikwekkende offers die nodig zouden zijn, of op inspirerende voorbeelden waar duurzaamheid al lukt?”
Ook voor bedrijven en werknemers hanteert ze graag een andere, positievere klimaatbenadering. De krappe arbeidsmarkt wordt nu veel genoemd als spelbreker voor de groene transitie. Er is een tekort aan personeel om warmtepompen en zonnepanelen te plaatsen, of duurzame techniek te realiseren. Dat is zo, op de korte termijn, beaamt Blom. Tegelijk ziet zij juist de krappe arbeidsmarkt als een gunstige economische conditie voor verduurzaming van de economie. “De krappe arbeidsmarkt betekent dat je geen massawerkloosheid zult zien, als gevolg van de transitie, zoals je dat zag bij het sluiten van de mijnen.”
Wanneer nu en in de komende jaren vervuilende activiteiten in het bedrijfsleven worden stopgezet, kunnen werknemersdoor die krappe arbeidsmarkt relatief gemakkelijk naar een andere baan overstappen. “Omdat er veel uitstroom aankomt van werknemers die met pensioen gaan, en omdat de Nederlandse arbeidsmarkt flexibel is, is dat mogelijk.” Politici hoeven daarom veel minder benauwd te zijn dat ze mensen de werkloosheid in sturen door vuile activiteiten af te bouwen, betoogt Blom. In een duurzamere economie ontstaan bovendien nieuwe, schone sectoren en banen.Voor de economie is het niet alleen moreel maar ook financieel noodzakelijk de groene kant op te bewegen, zegt Blom. Beleid, uit Den Haag en Brussel, zorgt ervoor dat rendement op vervuilende activiteiten op den duur zal afkalven. Of zelfs: als een ballon uiteen kan knappen. De waarde van kolencentrales, gas- en olieplatforms kan bijvoorbeeld in snel tempo verdampen als ze uit de markt worden geduwd door steeds goedkopere duurzame energiebronnen. Gestrande activa worden deze waardeloze segmenten uit de fossiele economie genoemd.
Risico’s in kaart brengen
Dat risico kan de hele financiële sector raken, zegt Blom. Want banken en pensioenfondsen die geld hebben uitgeleend voor of belegd in vervuilende activiteiten kunnen worden opgescheept met verlieslatende klanten in hun portefeuille. Daarom dringen De Nederlandsche Bank en de Europese Centrale Bank er steeds nadrukkelijker op aan dat banken de klimaatrisico’s van hun kapitaal in kaart moeten brengen.
Het afkalven van waarde dreigt op termijn niet alleen voor grote bedrijven, ook de woningmarkt kan potentieel verlies lijden. Huizen die niet van het gas af gaan of niet geïsoleerd worden, kunnen aan waarde inboeten. Dat kan zowel het bezit van bewoners (en verhuurders) treffen als de door banken afgegeven leningen. “En dat is een risico”, zegt Blom.
Ze plakt daar wel meteen weer een positieve en oplossingsgerichte opmerking aan vast: “Benut slimme momenten om woningen duurzamer en comfortabeler te maken. Het hoeft niet allemaal in één keer. Maar de overheid kan bijvoorbeeld een verduurzamingsplan verplicht stellen bij de verkoop van oudere woningen.
“Alle Nederlandse banken committeren zich aan de klimaatdoelen, ik ben ervan overtuigd dat ze ook serieus bezig zijn om bij te dragen aan duurzame verandering”, zegt Blom. Ze moeten ook wel, voegt ze toe. Want geld verliezen aan afkalvende, oude economie, daar hebben de op winst gerichte bankiers natuurlijk geen zin in. Ze moeten dus anticiperen op naderende groene wetten en regels, zoals uit de Europese Green Deal. “They better be ready!”, roept Blom uit.
Financiers van de klimaatcrisis
Bovendien voelen banken de hete adem van de ‘fossielvrij-beweging’ in hun nek. Die dreigt met rechtszaken tegen banken die niet meewerken aan klimaatbeleid. Op lijstjes van Milieudefensie staat ook ING bij de ‘grote vervuilers’. Dat houdt de druk op de ketel, zegt Blom.
Activisten van Extinction Rebellion hebben kritiek op banken als ING, die ze ‘financiers van de klimaatcrisis’ noemen. Blom wil daar inhoudelijk weinig over kwijt. “Banken doen mee aan de noodzakelijke verandering,” zegt ze. “Ze moeten zorgen dat ze niet blijven steken in de oude economie.”
Oké, ze nemen niet het voortouw, dat wil Blom wel beamen, maar dat ziet zij ook als de taak van de overheid. Die mag wat haar betreft ‘nog sneller’ sturend beleid opstellen, om geldstromen de groene kant op duwen. Of zoals Blom dat noemt: slim omgaan met prikkels en pegels.
Doordat Blom zich zoveel bezighoudt met het klimaatvraagstuk heeft ze soms haar visie moeten bijstellen, vertelt ze. “Lang heb ik gedacht: als we nou maar collectief rijker worden, dan is dat de oplossing.” Het idee daarachter was: als mensen meer geld hebben, kunnen ze makkelijker over de investeringsdrempels naar een duurzame levensstijl heen stappen. “Maar ik ben gaan inzien dat die twee dingen, rijkdom en duurzame keuzes, niet hand in hand gaan.” Wie meer geld bezit koopt wellicht liever een nieuwe auto of vliegreis. “Rijken hebben het idee dat ze meer te verliezen hebben.” En dat idee van mogelijk privéverlies, weet Blom uit de psychologie, daar hebben mensen sterkere emoties bij dan bij mogelijke voordelen.
Nog iets waar ze anders naar is gaan kijken: “Ik heb vroeger ook weleens geschreven dat niet alleen de elite zich duurzaamheid moet kunnen permitteren, omdat een minder rijke groep dan de verliezer wordt. Maar dan ga je eigenlijk mee in het bang maken voor die verandering, in plaats van dat je zegt: we gaan met slim beleid ervoor zorgen dat iedereen onderdeel wordt van de groene veranderingen.”
[Marieke Blom
Marieke Blom spreekt deze maandag over het klimaat tijdens de opening van het academisch jaar op de Technische Universiteit Eindhoven, samen met andere topbestuurders en PvdA-prominent Diederik Samsom.
Blom is sinds 2014 hoofdeconoom van de ING Bank in Nederland. Ze studeerde psychologie (propedeuse) en vervolgens algemene en monetaire economie aan de Universiteit van Amsterdam.
Blom werkte als politiek adviseur voor de Partij van de Arbeid. Ze is commissielid van het Nationaal Groeifonds, waarin 20 miljard euro zit om duurzame economische groei te stimuleren.]
https://krant.trouw.nl/titles/trouw/8321/publications/1961/pages/26/articles/1886902/26/1