De wil om te regeren is vervlogen (Frank Hendrickx, Ten eerste/de Volkskrant, 19 september)
In het verlengde van de vorige blog heb ik toch besloten om nog aandacht te besteden aan de laatste alinea’s te wijden. Dat vanwege ook de duidelijk keuze van mijn nieuwe held (sinds 2012) Diederik Samsom. Hij was voor mij ook de duidelijke winnaar – zonder concurrentie van iemand anders tijdens de #APB – en de enige die zich duidelijk uitspreekt. Hij geeft iedereen het voorbeeld hoe de nieuwe politiek bedreven moet worden, en dat geldt dus niet voor Jesse Klaver, wiens boek ik nog moet lezen. Zie de recensie van gisteren op mijn blog. Samsom verdient het hierbij dus nog eens extra in het zonnetje te worden gezet omdat hij de enige is met echte daadkracht, lef en visie. Een gezonde uitzondering binnen dit parlement:
# De vraag is wat er gebeurt als iemand als Mensveld straks echt in het nauw komt. Weet de coalitie tijdens zo’n crisis de rangen nog te sluiten? Diederik Samsom denkt van wel. Anders dan de premier weet hij ‘zeker‘ dat dit kabinet de eindstreep haalt. Niemand sprak de afgelopen dagen gloedvoller over de coalitie die Nederland uit een diepe, economische greppel heeft getrokken.
Inderdaad sprak niemand gloedvoller, beter en gemotiveerder dan Samsom, al ben ik nog niet door alle kranten van afgelopen dagen en ochtendkranten van vandaag heen, en heb ik nog niet gelezen hoe tegenover deze ‘herboren’ PvdA-leider wordt aangekeken. Daarover dus wellicht meer blogs op deze site.
# Samsom: “Daarvoor moesten we elkaar helpen. Het levert zere vingers op, pijnlijke schouders en vuile handen, maar je komt wel boven.’ Zoveel enthousiasme kunnen nog maar weinig mensen opbrengen, al blijven de verhoudingen in de kabinets-top goed. Wat VVD en PvdA vooral verenigt, is het pragmatische besef dat vervroegde verkiezingen niet welkom zijn. Beide coalitiepartners staan er zwak voor en midden in een immense vluchtelingencrisis zit niemand op een kabinetscrisis te wachten.
Zo is het precies!
# De coalitie wist zo nog tot een gezamenlijke asielaanpak te komen, maar met hangen en wurgen.’
Dit laatste is niet relevant, want het is de taak van een coalitie er onder alle omstandigheden uit te komen; anders hadden ze er niet aan moeten beginnen. Maar Rutte & Samsom hadden niet alleen geen andere keuze in dit versplinterde politieke landschap, maar ook – en tegelijkertijd – de kans om een nieuwe politieke cultuur op te bouwen: onder de gegeven verkiezingsuitslag was het verstandig om een nieuwe coalitie-opbouw uit te proberen: alleen de overwinnaars aan de onderhandelingstafel, want oude, klassieke vormen van coalitievorming hield geen stand meer. Maar deze nieuw gevormde procedure is dus klaarblijkelijk niet in iedere politieke partij doorgesproken op de vraag ‘is dit een vorm van nieuwe coalitievorming?’, of vallen we tijdens de volgende verkiezingen weer oude patronen terug. Dit laatste valt niet te verwachten aangezien de verspintering en fragmentering niet meer vallen weg te denken. Dus blijft het nu verder permanent een kwestie van de ‘grootsten’ die samen aan tafel gaan zitten, zonder ideologische weerstanden. De SP hoeft bijvoorbeeld niet meer te verwachten dat er ooit nog een ‘linkse’ coalitie mogelijk is; rechts was in 2012 beduidend groter dan links. Kortom, de SP is nog niet op de toekomst ‘voorbereid’.
# En alleen met de wederzijdse instemming dat ze (de) deal anders mochten uitleggen. Veel meer zit er niet in. Een vergelijking die op het Binnenhof te horen is: VVD en PvdA zijn twee echtelieden die op elkaar zijn uitgekeken, maar nog even bij elkaar blijven tot de kinderen het huis uit zijn. Even doorbijten tot 2017.’
De betrokken fracties zijn dan mogelijk op elkaar uitgekeken vanwege hun beperkte creativiteit en verbeeldingskracht, maar dat betekent niet dat de bevolking uitgekeken is, ondanks de sombere opiniepeilingen. Als je deelneemt aan die peilingen, dan gaat het ook zoals op verjaardagen: stoere verhalen hoe asociaal zwaar dit kabinet aan het bezuinigen is. Maar innerlijk en onuitgesproken wil iedereen ook dat het huishoudboekje van de staat en dus de economie weer gezond wordt. En die twee zaken hangen met elkaar samen. Waarmee maar gezegd wil zijn dat die peilingen een erg betrekkelijke waarde hebben, en dat er een verrassend symbolisch lichtpunt aanwezig is: Jeroen Dijsselbloem is binnen de ministersploeg de hoogst genoteerde met alleen maar voldoendes. Dat is een gunstige indicatie voor de volgende verkiezingen.