Tags
Stelling: Niet alleen de meest briljante, maar óók geheel passend in de nu al ‘opgang komende’ traditie van de aanpak van de ‘bestuurlijke chaos’ in ons land na het Toeslagenschandaal. Deze twee terreinen zullen het centrum van de aandacht gaan worden voor het parlementaire werk van NSC.
De voorzitter:
‘We gaan luisteren naar mevrouw Bruyning van de fractie van NSC. Zij gaat haar maidenspeech houden. Daar wensen wij haar bijzonder veel succes mee. Het woord is aan haar.
Mevrouw Bruyning (NSC):
Dank, voorzitter. Ik wil van tevoren even toelichten dat er achteraf wel vragen gesteld mogen worden als ik klaar ben met praten.
Beste collega-Kamerleden, beste aanwezigen op de publieke tribune, in het bijzonder de jongeren, en beste kijkers thuis. Mijn maidenspeech is mijn eerste gelegenheid als nieuw Kamerlid om mij aan u en mijn collega-Kamerleden te presenteren. Er is mij ook verteld dat er echt naar mij geluisterd zal worden. Ik zeg dit niet zomaar. Kijkt u allemaal maar eens goed naar de publieke tribune. U moest eens weten hoe vaak ik wel niet op de publieke tribune heb gezeten en mijn mond moest houden. Niet alleen op de publieke tribune, maar ook in mijn jeugdzorgverleden en tijdens meerdere confrontaties met de overheid werd er niet geluisterd. Ik werd gemangeld door een systeem dat ingericht zou zijn om mij als kind en als mens te beschermen. Niets is minder waar. Nu sta ik hier achter de microfoon als Kamerlid om onder andere de jongeren in de jeugdzorg die schreeuwen om gehoord te worden, een stem te geven. Zij voelen zich keer op keer niet gehoord.
*Deze openingswoorden mogen ook als het faillissement van de professionele zorgmedewerkers worden beschouwd, waarover al jaren – zo niet langer – geklaagd worden. Het wordt dus de hoogste tijd dat de academische werkvelden psychiatrie (medische faculteit) en psychologie (gedragswetenschappen) en de verpleegkundige opleidingstrajecten in HBO en MBO aangepakt gaan worden omdat het inhoudelijk helemaal niets voorstelt. Dat is de enige conclusie die te trekken valt na de welgemeende én volkomen terechte klachtenstroom van de afgelopen jaren. Met als oorzaak: overgeorganiseerd en concurrerende instellingen die elkaar de vliegen proberen af te vangen. Het gaat hier om de meest bekneld geraakte patiënten in onze samenleving die maar denkbaar zijn in onze zogeheten vrije maatschappij, die deze zwaarste professionele beroepskrachten minimaal worden betaald. En daarom was die beroepsstructuur ook gedoemd om ten onder te gaan; zelf ben persoonlijk ook een korte tijd getuige van geweest na mijn afstuderen als politicoloog, met een ‘vakantiebaantje’ in een psychiatrische instelling tot ik een passende baan had gevonden. Op mijn werkcontract stond ‘hulpverpleegkundige’, omdat ik vanzelfsprekend geen kennis van zaken had. Ik heb een half jaar daar gefunctioneerd, tot ik als beleidsmedewerker in de ambtelijke sector werd benoemd. Een normale gang van zaken, maar achteraf heb ik spijt gekregen dat ik die benoeming heb aanvaard, omdat ik achteraf gesproken met de toen opgedane wijsheid, beter mijn capaciteiten en aanleg kon inzetten in de psychiatrische wereld. Daarom zie ik mij in de nabije toekomst nog eens samenwerken met Kamerlid Bruyning om die sector op orde te krijgen. Waar Pieter Omtzigt de grote hervormer moet én zal gaan worden in de reorganisator van de ambtelijke wereld, daar zullen Bruyning en ik dat kunnen doen in de zorg die volledig op de schop moet worden genomen.
‘Het zal u gezien mijn verleden dan ook niet verbazen dan mijn inbreng vandaag volledig is gericht op de wijze waarop we jongeren in Nederland gesloten plaatsen. Ik zal hier in de tweede termijn een aantal moties over indienen. Mijn betrokkenheid bij die jongeren en deze vorm van jeugdzorg is erg groot. Wie mij kent, weet dat ikzelf toen ik jong was in gesloten jeugdzorg ben geplaatst. Ik weet daarom als geen ander wat dat betekent en wat de prijs is die je er ongewenst voor betaalt. Het zijn echter niet mijn ervaringen die bepalen wat ik van het huidige stelsel vind. Het zijn ook de ervaringen van duizenden anderen. Ik ben namelijk niet de uitzondering, maar de norm. Ik denk dan bijvoorbeeld aan Jason, met zijn rapport ‘Eenzaam gesloten’, en aan de vele andere jongeren die aan de bel hebben getrokken maar geen stem hebben gehad, net als ik vroeger. Dat zijn jongeren die nu nog dagelijks trauma’s en nachtmerries hebben van de plaatsing.
Voorzitter. De ervaringen van die jongeren hebben ons wakker geschud, maar hebben nog niet geleid tot de benodigde echte verandering. Daarom heb ik ook een overheersende vraag: waarom sluiten we in Nederland jongeren op als ze hulp nodig hebben? Waarom doen we dat in gesloten instellingen, waar jongeren risico lopen op fysieke en emotionele schade, waar jongeren een trauma oplopen door de plaatsing zelf en waar excessief geweld wordt toegepast? Jason heeft het al eens eerder gezegd bij de NOS: “Van opsluiting word je helemaal niet beter. Ik heb er nog steeds nachtmerries van, bang dat ik weer terug moet.”
Mijn boodschap die ik u vandaag wil meegeven, is dat ik mij er de komende jaren als Kamerlid voor zal inzetten dat voor iedere jongere de juiste maatregel op het juiste moment wordt genomen, waarbij hulp en verplichte zorg zo passend mogelijk worden gemaakt en een beslissing binnen de juiste juridische kaders vanuit menselijkheid wordt genomen; dat jongeren worden beschermd tegen een falend jeugdzorgsysteem. Dit soort maatregelen worden te vaak niet goed ingezet. Te vaak wordt er niet gekeken naar wat daadwerkelijk speelt bij jongeren. Dit blijkt uit alle rapporten over de gesloten jeugdzorg. Dit speelde al toen ik 15 jaar was en het gaat door tot op de dag van vandaag. Ik ben nu 36 jaar en we zijn nog steeds niet genoeg opgeschoten; het gaat nog steeds te vaak mis. Hoeveel rapporten moeten nog volgen voordat er echt ingegrepen wordt? Dit gaat volgens Nieuw Sociaal Contract allemaal echt te langzaam. Ik meld nog maar even dat uit het onderzoek van Stichting Het Vergeten Kind blijkt dat bij 76% van de jongeren die gesloten worden geplaatst, psychische klachten erbovenop komen, zoals nachtmerries, angsten en flashbacks. Uit dat onderzoek blijkt dat kinderen in de gesloten jeugdzorg niet goed genoeg geholpen worden. 84% van hen krijgt er niet de juiste behandeling, blijkt uit dat onderzoek.
Voorzitter. Ik wil eigenlijk überhaupt niet dat deze jongeren onnodig in een gesloten instelling worden geplaatst. Maar de enkeling voor wie het op dit moment echt niet anders kan, zou nooit zonder goede diagnostiek en behandeling mogen worden opgesloten. Ik kan u vele verdragsrechtelijke redenen noemen waarom dat ook helemaal niet mag. Maar is het nodig dat die redenen worden genoemd? Vinden we niet allemaal dat jongeren die geen misdrijf hebben gepleegd, niet gesloten geplaatst moeten worden? Vinden we niet allemaal dat diagnostiek en behandeling hoe dan ook moeten plaatsvinden als we jongeren gesloten plaatsen?
Het erge is dat we allang weten hoe dit moet, want we doen het voor volwassenen wel. Onder de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg is het namelijk wel goed geregeld. Er is een lijst aan voorwaarden waar een dwangmaatregel aan moet voldoen, zoals proportionaliteit, effectiviteit en gebrek aan een alternatief. Ik wil dan ook aan de staatssecretaris vragen waarom we dit wel voor volwassenen en niet voor jongeren doen. Nieuw Sociaal Contract vindt dat iedere jongere met een hulpvraag en aanwijzingen die gekoppeld kunnen zijn aan onderliggende psychische problematiek, in de week volgend op plaatsing in de accommodatie voor gesloten jeugdzorg moet worden gezien en beoordeeld door een jeugdpsychiater. Dat komt overeen met de beoordeling van de noodzaak om al dan niet om een zorgmachtiging te verzoeken op grond van de Wvggz. Dit is hoe we het geregeld hebben voor iedereen hier in de zaal, behalve als je 16 bent. Hierover ga ik daarom een motie indienen in de tweede termijn.
Voorzitter. In 2008 [sic!] is besloten dat jongeren die dringend behoefte hebben aan zorg niet meer worden opgesloten met jeugdgedetineerden. Het doel was heel simpel: meer passende hulp voor de jongeren zonder een behandeling als gedetineerde. Tussen 2008 en nu, anno 2024, is een stapel papierwerk aan rapporten en onderzoeken geproduceerd over gesloten jeugdzorginstellingen naar aanleiding van een hoop signalen over misbruik, mishandeling en misstanden binnen de gesloten jeugdzorg. Aan de hand van al deze signalen ben ik ongelofelijk ongerust en boos. Is de verandering van 2008 slechts een verandering op papier geweest? Hebben we de jongeren die hulp nodig hebben, uit de jeugdgevangenis gehaald of hebben we van de jeugdgevangenis een gesloten jeugdinstelling gemaakt?
Voorzitter. Zoals ik al zei aan het begin van mijn betoog, heb ik vaak boos en ongehoord op de publieke tribune gezeten. Ik had nooit durven dromen dat ik op deze plek samen met collega’s parlementaire instrumenten kon aanspreken om een verschil te gaan maken en dat ik de Tweede Kamer zou vragen om in deze kwestie het heft in eigen handen te nemen.
Voorzitter. Tot slot wil ik graag een passage citeren uit het rapport van Jason, Eenzaam gesloten, om een voorbeeld te geven. “Toen ik binnenkwam, toen moest ik gefouilleerd worden natuurlijk. En ik was het er niet mee eens om mijn onderbroek uit te doen. Daar ging het eigenlijk over, want ik moest hurken. En mijn onderbroek werd fysiek van mij afgetrokken door een mannelijke begeleiding en een vrouwelijke begeleiding. Dus er is echt gelijk vanaf binnenkomst al best wel hardhandig, agressief met me omgegaan.”
Voorzitter. Het rapport van Jason, Eenzaam gesloten, en het vernietigende rapport over de gesloten jeugdzorginstelling Woodbrookers tonen aan dat we niet zo verder kunnen gaan. Uit het artikel hierover in het Algemeen Dagblad van augustus 2023 onder de kop “Pijnprikkels in jeugdzorginstellingen: ‘Het is alsof ze je pols breken'” wordt beschreven hoe het eraan toe gaat in deze instelling. Ik citeer uit het artikel over het rapport over Woodbrookers: “De pijnprikkel die bij jeugdzorginstelling Woodbrookers werd gebruikt, is het zogeheten bokkenpootje, waarbij de duim naar de pols wordt gedraaid.”
Dan kom ik op het volgende artikel, uit de Volkskrant, met de kop “Hoe een autistisch meisje van 14 wel pijnprikkels, maar geen hulp kreeg in de gesloten jeugdzorg” van 9 september 2023, waarin de term “foltering” naar voren komt. Ik citeer: “Kinderrechter en docent aan de universiteit van Groningen Bart Tromp vindt dat hij maar één conclusie kan trekken over het handelen van Woodbrookers: ze deden maar wat.” Over de pijnprikkels is kinderrechter en docent aan de universiteit van Groningen Bart Tromp heel duidelijk: “Uit het rapport blijkt dat pijnprikkels worden toegepast om tot een correctie van ongewenst gedrag te komen. Als in de jeugdzorg pijnprikkels worden toegediend met geen ander doel dan iemand tot iets bewegen of ergens vanaf te houden, dan noemen we dat folteren. Dat is in strijd met het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.”
Voorzitter. Ik doe hier vandaag twee concrete voorstellen. Voorstel één: we organiseren een beknopte parlementaire enquête met als kernvraag waarom dit systeem nog steeds voortduurt. Voorstel twee: we vragen het CPT uit Straatsburg om de Nederlandse gesloten jeugdzorg een bezoekje te brengen.
Voorzitter. U begrijpt: ik wil doorpakken en een bijdrage leveren aan echte oplossingen. Ik heb 21 jaar gewacht op deze dag. Ik en de jongeren kunnen geen dag langer wachten.
Dank u wel.
*Het wordt dus tijd voor een werkelijk effectieve aanpak in de jeugdzorg, zonder de ‘betweters’ uit de psychiatrische wereld.
(Geroffel op de bankjes)
https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/detail/2023-2024/58