Tags
Onveilige arena bedreigt academische vrijheid (redacteur, Tech en media/fd, 3-9-21)
‘Volgende week zal in menige openingsrede van het academisch jaar worden verwezen naar de noodzaak om de wetenschap open en vrij te houden. ‘Open’ staat hoog in het vaandel van de Nederlandse universiteiten; het verwijst naar de toegankelijkheid van kennis en de transparantie van data. ‘Vrij’ is een aanmoediging voor experts om mee te doen aan het publieke debat en zich openlijk uit te spreken over maatschappelijke onderwerpen.
Het lijkt vanzelfsprekend, maar het laatste jaar besef ik steeds vaker hoe fragiel die vrijheid is. De verharding van het publieke debat, met name op de socialemedia- platforms, ontmoedigt steeds meer academici om zich uit te spreken.
Onlangs mocht ik een webinar voorzitten van de Koninklijke Nederlandse Akademie voor Wetenschappen (KNAW), met het thema ‘Intimidatie van wetenschappers: wie beschermt de academische vrijheid?’ Met een panel van vijf deelnemers, waaronder drie ervaringsdeskundigen, spraken we over de intimidatie en soms rechtstreekse bedreiging van academici die zich in het openbaar uitspreken over hun onderzoek. De president van de KNAW, Ineke Sluiter, hield eerder dit jaar een indrukwekkende diesrede over dit onderwerp aan de Universiteit Leiden. Zij opende het webinar met een verwijzing naar de recente uitreiking van de Akademiepenning aan professor Jaap van Dissel, hoofd van het RIVM en het Outbreak Management Team (OMT). De uitreiking vond plaats in een extra beveiligde Akademie. Dit was nodig omdat Van Dissel al geruime tijd serieus bedreigd wordt op sociale media en constante politiebewaking nodig heeft.
*Dit thema mag ook in het nieuwe hoofdlijnenakkoord van het komende kabinet worden opgenomen.
Ook Marion Koopmans, Nederlands bekendste viroloog en lid van het OMT, ontvangt een niet aflatende stroom verwensingen via Twitter en Facebook naar aanleiding van haar mediaoptredens. En de Leidse hoogleraar migratiegeschiedenis Leo Lucassen wijdde tijdens het webinar uit over de hoeveelheid vitriool die hij over zich heen krijgt na zijn opiniestukken over de positieve kanten van migratie. Het schild van laconieke weerbaarheid dat hij in de loop der jaren heeft opgebouwd, zo vertelde hij, houdt op zodra de bedreigingen gaan over zijn familie. ‘Mij mag je belagen, maar mijn kinderen laat je met rust.
*Tolerantie en verdraagzaamheid zijn uit deze samenleving weggewerkt of ‘weggeslagen’.
Fysieke bedreiging
De bedreiging en intimidatie van wetenschappers via sociale media staat niet op zichzelf: eerder schreef ik in het FD over hoe journalisten, rechters en politici steeds vaker het slachtoffer zijn van de onveilige sfeer die via onlineplatforms geschapen wordt. Spreker bij het KNAW-webinar was ook Marcel Gelauff, voorzitter van het Nederlandse Genootschap van Hoofdredacteuren. Hij trok een vergelijking tussen wat academici ervaren en het snel stijgende aantal fysieke bedreigingen van journalisten die op straat en in de openbare ruimte gewoon hun werk doen. Twee weken geleden nog werd de Groningse journalist Willem Groeneveld thuis met een molotovcocktail bestookt. Door al het geweld zijn er dit jaar alleen al ruim 130 aangiftes gedaan door journalisten.
De beroepsgroep is gestart met het initiatief PersVeilig, een meldpunt waar journalisten aan kunnen geven hoe en door wie ze bedreigd worden. Samen met justitie en politie zorgt PersVeilig dat journalisten zich beschermd voelen bij het uitoefenen van hun beroep. Indirect beschermen ze zo de journalistieke vrijheid.
Is een soortgelijk initiatief voor academici ook gewenst, een zogenoemd ‘AcademieVeilig’? Deze vraag wierp ik op aan het einde van het webinar. De antwoorden varieerden van ‘Het zou niet nodig moeten zijn’ tot ‘Daar moeten we zeker op inzetten’. De conclusie was dat de KNAW en de VSNU (de Vereniging van Samenwerkende Nederlandse Universiteiten) de noodzaak van zo’n rugdekkingsinitiatief moeten verkennen. Hierbij gaat het vooral om het beschermen van de academische vrijheid van wetenschappers in het publieke debat. Intimidatie, in welke vorm dan ook, is onacceptabel.
De échte bedreiging van academische vrijheid ligt natuurlijk in de zogeheten chilling effects die de verhalen van getroffen collega’s hebben op anderen. Er is een groeiend aantal academici —dappere vrouwen en mannen — dat zich absoluut niet laat afschrikken door de onbeleefde reacties op sociale media of in hun mailbox. Kijk bijvoorbeeld naar de honderden klimaatwetenschappers die de afgelopen jaren onverschrokken hebben doorgewerkt aan hun onderzoeksrapporten, ondanks tegenwerking en intimidatie. Maar ik ken ook steeds meer collega’s die zich niet meer comfortabel voelen in de media en zich daarom liever stil houden. De kans op zelfcensuur en té grote voorzichtigheid van academici in het publieke debat is niet denkbeeldig.
Daarom is deze discussie zo belangrijk. ‘Open science’ en academische vrijheid betekent ook: de vrijheid om resultaten van onderzoek, geïnformeerde opinies en soms niet zo welkome feiten op een goede manier te communiceren met een breed publiek.
Een aanval op die vrijheid, via vaak anonieme afzenders, op sociale media is een aanval op de democratische samenleving en haar open instituties. En daar moeten wij, als academici, juist pal voor staan. Als maandag het academisch jaar weer wordt geopend, hoop ik dat deze boodschap trots door alle gangen weerklinkt.
*Stof om intensief over na te denken…
https://fd.nl/-/1411181/onveilige-arena-bedreigt-academische-vrijheid-gci1cahHMMxp