Behandeling van €1,1 mln stuwt koers van Uniqure (Thieu Vaessen, Beurspro/Katern Ondernemen/fd, 3 maart)
‘De beurskoers van het Amsterdamse biotechbedrijf Uniqure noteert al enkele weken boven de $21.
‘De koersstijging van afgelopen weken heeft Uniqure te danken aan het feit dat het €1,1 mln in rekening mag brengen voor een gentherapie die is toegelaten tot de Duitse markt.
‘Het eerste geneesmiddel van Uniqure heet Glybera en is bestemd voor patiënten met LPLD, een zeldzame ziekte waarbij vet uit voedsel niet in het bloed wordt afgebroken. De ziekte is tot nu toe ongeneeslijk, maar klinische testen hebben aangetoond dat Glybera een genezend effect heeft dat in ieder geval jaren aanhoudt.
‘Dat Glybera wel te boek staat als ‘het duurste geneesmiddel ter wereld’, is volgens Aldag dan ook niet terecht. De gentherapie maakt andere dure behandelingen overbodig en zou daarmee juist voor een besparing zorgen.’
Uit deze laatste passage blijken een tweetal aannames: 1. Middel staat te boek als het duurste geneesmiddel – duurder dan de geneesmiddelen tegen de ziekte van Pompe en Fabry , die in ons land hebben geleid tot heftige discussies en daarmee politiek relevant zijn; 2. Ook al zou de idee dat deze kwalificatie van ‘duurste’ niet terecht zijn, omdat ze andere dure behandeling overbodig gemaakt ‘worden’, dan nog moet eerst nog maar blijken dat ze overbodig zijn ‘geworden’. Probleem is dan wel dat de productieketen in werking is gezet en ingrijpen achteraf moeilijk is; zo niet onmogelijk.
Naast deze twee aannames moet ook de vraag gesteld worden of gentherapie niet onder een formele wettelijke regeling zou moeten gaan vallen, omdat wij niet voorzichtig genoeg kunnen zijn bij de nieuwste hedendaagse ontwikkelingen zoals bij gentherapie bij mensen en voedsel. Deze gentherapie voor patiënten met LPLD lijkt verantwoord, maar de bekende strijd tegen het Amerikaanse Monsanto met zijn voedselgentherapie past niet in de Europese ethiek die het accent legt op de zuiverheid van natuurlijke voeding, terwijl de Amerikanen alles het liefst willen commercialiseren om er geld aan te verdienen. De Europeaan stelt het menselijk welzijn niet met geld gekocht kan worden, de Amerikaan is daarvan wel overtuigd. Een fundamenteel verschil van mening.
Na deze vaststelling kunnen we de analyse van dit FD-artikel verder vervolgen:
‘Het gegeven dat Glybera niet de symptomen van LPLD bestrijdt maar de ziekte lijkt te genezen, maakte beleggers sceptisch. ‘Ze vroegen zich af of we wel geld konden verdienen met een éénmalige behandeling’, zegt de uit Duitsland afkomstige Aldag. De introductie van Glybera in Europa heeft Uniqure uitbesteed aan het Italiaanse farmaconcern Chiesi, dat daarvoor tientallen miljoenen euro’s op tafel legde. De verkoop van de gentherapie in de VS wil Uniqure zelf ter hand nemen, maar toestemming daarvoor laat nog op zich wachten.’
En omdat blijkt dat de introductie van Glybera is uitbesteed aan een Italiaans farmaconcern, is ook wantrouwen op zijn plaats omdat in zijn algemeenheid gesproken de farmasector geen gunstige naam heeft, om het eufemistisch uit te drukken. In feite komt het neer op de aanname dat er eerst een parlementaire enquête uitgevoerd zou moeten worden naar de gangen en wegen van de farmasector vanuit de veronderstelling dat het – technisch – heel goed mogelijk is dat via onbekende en niet-openbare manipulatie van farmaproducten de mens onbewust ziekgemaakt wordt; onbekend is of deze nieuwe producten voldoende zijn onderworpen aan proeven en testen op deugdelijkheid, hoewel dat wettelijk noodzakelijk is.
Redenen genoeg om ons wel te verheugen op de technologische doorbraken die in ons land geboekt worden, maar tegelijkertijd erg voorzichtig te blijven omtrent de kwaliteit van die innovaties. Niet iedere innovatie is op voorhand een ware en geestelijk verrijkende innovatie. Alleen daarom is een publiek debat hierover noodzakelijk. Impulsief zou namelijk opgemerkt kunnen worden dat deze innovaties eerder in universitaire laboratoria ‘uitgevonden’ dienen te worden, maar die redenering is niet geldig omdat nieuwe uitvindingen niet gebonden zijn aan plaats en tijd; opdrachten kunnen niet worden uitgevaardigd. Innovaties is teveel een kwestie van toeval en de noodzakelijke voorwaarden om uitvindingen te doen.
Voor de volledigheid volgt hieronder het resterende deel van het artikel, zodat een compleet beeld ontstaat van de stand van zaken op dit moment:
‘De koersstijging van Uniqure is volgens Aldag overigens niet alleen te danken aan het prijskaartje van €1,1 mln voor Glybera, maar ook aan het vooruitzicht dat gentherapie voor een doorbraak kan zorgen bij de behandeling van andere ziektes. Uniqure richt zijn onderzoek onder meer op een therapie voor hemofilie, ook wel bekend als bloederziekte, waarbij het bloed van patiënten moeilijk stolt. Voor Uniqure gaat het om een interessantere markt. In Europa en de VS lijden vermoedelijk niet meer dan een paar duizend mensen aan LPLD, terwijl er tienduizenden patiënten zijn met alleen al hemofilie-B.
‘Veel Nederlandse beleggers hebben geen goede herinnering aan AMT, de voorloper van Uniqure. De beursgang in 2007 eindigde in een fiasco. De koers daalde van €10 tot €0,50 in 2012, doordat het bedrijf tot drie keer toe geen toestemming kreeg voor de introductie van Glybera in Europa. De grootaandeelhouders besloten vervolgens het bedrijf van de beurs te halen.
‘Kort daarop kreeg Uniqure alsnog toestemming voor de introductie van Glybera en volgde een hernieuwde beursgang, nu in de Verenigde Staten. De Nederlandse durffondsen Forbion en Gilde zijn nog altijd grootaandeelhouder, met circa 25% en 10% van de aandelen. Ook het Italiaanse farmaconcern Chiesi heeft een substantieel belang.’
[1] http://www.spierziekten.nl/overzicht/ziekte-van-pompe/oorzaak-en-verschijnselen/?gclid=CPTmjrbei8QCFabHtAodZScAzg en https://www.prinsesbeatrixspierfonds.nl/spierziekten/ziekte-van-pompe/?gclid=CJWR8sLei8QCFRQatAodH3YAYA