(vervolg), in plaats van de natuur te beschouwen als productiefactor en winstbron van de mens binnen de industriële productiesector
Stelling: Filosoof Ralf Bodelier heeft een interessant debat aangeslingerd over de ontwikkeling van een nieuwe angstcultuur omdat onze mondiale wereldgemeenschap begin dit jaar werd opgeschrikt door een pandemie met een zelden getoonde vernietigingskracht, die behalve veel dodelijke slachtoffers ook de gehele economie en sociale leven platlegde. Hierdoor kwamen weer Middeleeuwse wraakbeelden naar boven door een godheid, die zoals binnen de joods-christelijke traditie de straffe Gods preekte vanwege de goddeloze levensstijl van de mens op aarde. Waar in die Middeleeuwen nog om een laagontwikkelde beschaving speelde zonder een medische sector die zo technisch is ontwikkeld als dat heden ten dage het geval is, wordt de mensheid nu ook door nieuwe moralisten als de fanatieke natuur-, ecologie en dierenbeweging gemaand tot een holistische benadering waarin veel meer vrede en harmonie bestaat tussen mens en natuur, te beginnen binnen onze eigen hedendaagse cultuur, en dus weg met de intensieve landbouw en milieu- en kleimaatvervuilende fossiele brandstoffen. Maar onderstaand artikel lezend blijft de strekking van deze benadering wel driedimensionaal. En in de nieuwe wereld waar wij op aansturen is überhaupt geen ruimte meer voor die ouderwetse driedimensionaliteit (3D), aangezien de nieuwe mensheid de natuur, inclusief dier, bossen en plant als één integraal onderdeel als één komisch onderdeel beschouwen. En dat mag terecht als ‘multidimensionaliteit’ worden erkend, inclusief het inherente kwantumdenken, waarmee het reizen van de mens buiten de aarde ook mogelijk wordt vanwege het feit dat aardse fysica dient te worden afgezworen.
Dit is geen straf van de natuur (Ralf Bodelier, katern Opinie/de Volkskrant, 20-6-20)
Rampspoed? Een rampspoed voor de mens zonder dat de natuur daarin deel heeft, vanwege als voorbeeld eeuwengeleden toen Lissabon door een verwoestende aardsbeving werd getroffen en vernietigd. Een natuurramp tijdens Allerheiligen 1755 veranderde alles. Op deze katholieke feestdag werd het welvarende Lissabon getroffen door een verwoestende aardbeving, gevolgd door een overstroming en een uitslaande brand. Tienduizenden vonden de dood. In de kerken werd er meteen op gewezen dat de aardbeving niet zonder reden op Allerheiligen plaatsvond: ook dit drama moest worden begrepen en geaccepteerd als Gods wraak voor onze zonden, gevolgd door boetedoening en inkeer. Verlichte denkers in die tijd als Voltaire en Immanuel Kant lanceerden frisse nieuwe argumenten, namelijk dat die aardbeving een kwestie van breuklijnen en platentektoniek waren. Daarom verdienden die onschuldige slachtoffers onze hulp. En nu kwam het erop aan aardbevingsbestendige steden te bouwen. En de oude katholieke theodicee (‘wraakneming Gods’) kwam in verval en werd vergeten.
Samenvatting van de stromingen die nu naar aanleiding van Covid19-virus zijn ontstaan
‘Onder intelligentsia (gezichtsbepalende opiniemakers, medisch specialisten en politieke smaakmakers) maakt de coronacrisis heel verschillende reacties los. Een eerste groep denkers richt zich direct op het virus, op covid-19 en de economische en sociale gevolgen van de pandemie. Ze probeert de verspreiding van het virus verder in te dammen en de schade zo veel mogelijk te beperken. Ze ontwerpt strategieën om een tweede golf te voorkomen en denkt na over de economische en juridische consequenties van de lockdown. Prioriteit blijft het redden van mensen: hier, nu en in de nabije toekomst. Vervolgens gaat het om het overeind houden van de rechtsstaat en de revitalisering van een wereld waarin zo veel mogelijk mensen een gezond en welvarend bestaan kunnen leiden. Het is een oplossingsgerichte, verlichte en humanistische reactie. Maar wel allemaal gericht op het verleden van vóór de covid19-uitbarsting en dus terugkeer naar “business as usual”.
Een tweede groep denkers richt als antithese en dus als tegenbeweging op een nieuwe levensstijl. Geen focus op het virus en de maatschappelijke implicaties. Zij ziet de pandemie als uitvloeisel van iets dat daar ver bovenuit stijgt. En dat is onze wereldwijde manier van samenleven, het kapitalisme, de moderniteit en de globalisering. Een van hen is de Vlaamse psychiater Damiaan Denys. In NRC Handelsblad en Trouw duidde hij het coronavirus als ‘een gezonde correctie op onze megalomane levensstijl, een tik van de Schepper, de natuurwet, een homeostase – of welke begrippen je daar ook voor zou willen gebruiken’. Een ander is de econoom en milieuactivist Ewald Engelen, columnist voor De Groene Amsterdammer. Ook Engelen gebruikt religieuze taal. Hij ziet de coronacrisis als de ‘openbaring’ van een ecologische ontwrichting en noemt de pandemie een ‘zegen’ voor het milieu. En dan is er nog columnist Marcia Luyten, van wie in de Volkskrant een column verscheen met mystieke zinnen als: ‘De levenskracht van de aarde, haar vitaliteit, is overweldigend. Ze is ontroerend – zo vergevingsgezind voor de mens die haar uitwoonde.’ Deze tweede groep denkers mag als holistisch worden gewaardeerd, omdat het nu onomstreden is dat alle fossiele infrastructuur mede tot grote schade heeft geleid van de ecologische balans binnen de natuur, maar ook daarbuiten vanwege de enorme druk door ons vliegverkeer en autogebruik dat nog steeds alleen op fossiel verloopt. De natuur is een instrument van menselijk geluk en welzijn, zonder dat de gebruikers ervan in de gaten hebben dat het pure roofbouw van de aarde is.
Het zijn verrassende uitspraken. Voor Denys, Engelen en Luyten – om me tot deze drie te beperken – is de coronapandemie geen toeval. Al evenmin is covid-19 een probleem dat zo snel mogelijk moet worden opgelost om daarna verder te kunnen. De pandemie is een logische ‘consequentie van onze menselijke hebzucht, onze hang naar luxe en egoïsme’, aldus Denys. ‘We hebben onze wereld uitgewoond’, meent Luyten. ‘De apocalyps (…), die doen wij zelf’, schrijft Engelen. Deze pandemie is een uitgelezen en wellicht laatste kans voor een maatschappelijke omwenteling. Denys, Engelen en Luyten hopen op een revolutie die steevast begint met het woordje ‘minder’. Minder globalisering, minder groei, minder intensieve landbouw, minder consumptie, minder luxe, minder reizen, minder productie, minder innovatie. Het is een nostalgische, romantische en religieuze reactie. De spirituele gemeenschap in ons land zal zich hiertoe aangetrokken voelen.
Ze is nostalgisch, omdat zij omkijkt naar een verleden waarin de aarde, de natuur en het milieu nog piekfijn in orde waren en de mens zijn plaats nog kende. Ze is romantisch omdat deze vorm van nostalgie pas in de romantische 19de eeuw werd uitgevonden. En ze is religieus omdat zij de aarde en de natuur eigenschappen toedicht die men in het verleden reserveerde voor God. Let op de taal: de aarde en de natuur delen ‘corrigerende tikken’ uit, de pandemie is een ‘zegen’ voor het milieu, de aarde is ‘vergevingsgezind’ en de ‘apocalyps’ is ophanden. De natuur lijkt een laatste waarschuwing uit te delen. Want achter de milde coronacrisis dreigt immers een vernietigende klimaatcrisis. En wanneer we niet zelf en goedschiks het belang van natuur weer vooropstellen, dan gebeurt het kwaadschiks, schrijft Engelen. Want bij deze corrigerende tik van de natuur zal het niet blijven, meent Damiaan Denys. Na verloop van tijd zullen hebzucht, een hang naar luxe en egoïsme de kop weer opsteken, en dan zal volgens Denys ‘een nieuwe tik’ nodig zijn. ‘De mens is en blijft een simpel, hardleers wezen.’
Maar deze tweede groep kent eenzelfde zwakke schakel als de eerste groep vanwege een gebrek aan een nieuwe visie op basis van de huidige hoogtechnologische samenleving, maar met als schaduwzijde ook technocratische bestuursstructuur, zoals die vandaag de dag zichtbaar werd door de bezoekersregelingen in de verzorgingsinstellingen, die ernstige geestelijke armoede aan het licht bracht; alleen om zoveel mogelijk mensen in leven te houden. Zonder te beseffen dat er ook bejaarden leven die daarvan alleen al nachtmerries kregen.
‘Deze uitspraken leggen anderzijds een manier van denken bloot die ooit dominant was in het christendom.’ Hierbij is ook een kleine reservematige voorzichtigheid aangebracht: we weten niet hoe de niet-christelijke wereld zoals in Azië daarover denkt, want boeddhisten en hindoeïsten gaan uit van zielsverplaatsing. De dood geldt daar niet als een ‘angst-oproepend’ verschijnsel; zelfs eerder als bevrijding.
‘Tot ver in de 18de eeuw haalden christenen bij epidemieën en natuurrampen een leerstuk van stal dat de ‘theodicee’ werd genoemd. Met de theodicee – van het Griekse theos (God) en dikè (recht) – kon de grootste ellende worden gerechtvaardigd. Doorgaans kwam zo’n redenering erop neer dat de mens had gezondigd, dat hij daarom werd gestraft en dat we deze straf schuldbewust moesten aanvaarden om vervolgens ons leven te beteren.
Hierover kan ik kort zijn. Deze oerchristelijke beginselen spelen vanaf de 18e een steeds geringere rol in de westerse wereld omdat dit alles oud-denken vertegenwoordigt, want gebaseerd op een verkeerd godsbegrip. Namelijk dat er alleen een ‘externe godheid’ (‘God op zijn wolk in de lucht’) bestaat buiten de mens zelf, in plaats van, zoals bij de eerste christelijke gemeenschappen direct na de kruisiging van Jezus juist het accent lag op de innerlijke godheid die dus in ieder mens aanwezig is (esoterische god) en hem ook vanuit de ziel leidt. Maar politiek en organisatorisch kwam die externe god de katholieke priesterklasse goed uit omdat de gelovigen zo op deze manier afhankelijk werden gemaakt van de plaatselijke pastor. Vandaar ook de uitvinding van de overtuiging dat de mens een zondig wezen is, die heel lang stand kon houden omdat de gewone mensen in het dorp niets anders wisten en zo waren opgevoed.
‘Daarmee leverde de Romantiek met Voltaire en Kant een opvolger van de oude theodicee, die voor deze gelegenheid gemunt kan worden als ‘ecodicee’: een ‘ecologische rechtvaardiging’. Zoals in de theodicee God de mensheid in de gaten hield, zo ziet in de ecodicee de natuur wat we met zijn allen uitspoken. De natuur víndt er ook iets van en treedt bestraffend en corrigerend op. En wat de natuur ziet en bestraft, is onze moderne levensstijl. Een droogte, bosbrand of pandemie moet worden begrepen als een oproep tot boetedoening en ommekeer. En wie vandaag goed naar de natuur luistert, begrijpt dat het bestrijden van de coronapandemie niet het voornaamste doel moet zijn. Dat is het stoppen van onze ‘megalomane levensstijl’ en de ‘ecologische ontwrichting’. Letterlijk zegt Engelen het zo: ‘Belangrijker is dat genezing het doel moet zijn, niet het stelpen van het bloeden – hoe nodig dat nu ook is.’
*Er treedt hier een parallel op tussen de genoemde theodicee ‘God die de mensheid in de gaten hield’, en anderzijds de huidige milieubeweging die de ‘ecodicee’ heeft uitgevonden: ‘de natuur is wat we met zijn allen uitspoken’. Maar daarin slaan ze ook weer door: ‘De natuur víndt er ook iets van en treedt bestraffend en corrigerend op.’ Dat is natuurlijk onzin om te beweren want de natuur kan zich niet beschermen, maar wordt kapot gemaakt door de mens.
Maar dan nu de waarschuwingen die aan het adres van de ecologen genoemd moeten worden en dat zou ik de spirituele invalshoek willen noemen op basis van Bodeliers uitspraken:
- Mens en natuur verdienen geen van beide een goddelijke status, want beiden een onderdeel van dezelfde schepping van de aarde zelf. Samen vormen zij de goddelijke leefomgeving van de planeet aarde. Dus waar volgens Bodelier de mens een goddelijke status heeft en de natuur niet, is dat weer klassiek katholiek gedacht en een vorm van oud-denken. Mens én natuur vormen samen een twee-eenheid in een door de Schepper gecreëerde vorm van samenwerking dat mens en natuur met elkaar verbindt.
- Het is ook een misvatting dat de natuur geen ogen en oren heeft, want die bestaat wel degelijk, maar de wetenschap heeft die nog niet ontdekt.
- Dat de natuur niet beschikt over een moraal is ook vanzelfsprekend een traditioneel-katholiek leerstuk en zo ooit ontstaan, maar berustend op weer een misverstand: De natuur heeft geen moraal nodig omdat alles in de natuur in het collectieve bewustzijn van de Natuur ofwel de Schepper zelf leeft.
Voor de volledigheid de verwoording van Bodelier zelf, zodat de lezer de verschillen kan zien:
“De natuur verdient geen goddelijke status. De natuur heeft geen ogen en oren waarmee ze ons waarneemt, ze beschikt niet over een moraal of over het vermogen om te oordelen. De natuur denkt niet over de mens na, laat staan dat ze ons straft of corrigeert. En nee, de natuur is ook niet ‘vergevingsgezind’, zoals Luyten schrijft. Het is precies andersom. Mensen nemen waar, denken na, oordelen, straffen en vergeven. Mensen zijn geïnteresseerd in de natuur, verzamelen kennis over de natuur en corrigeren de natuur. Wég met de malariamug en het coronavirus, red de panda!
“Een tweede reden om de ecodicee te bestrijden is de desinteresse in het concrete lijden van mensen. De nieuwe gelovigen roepen op om vooral verder te kijken dan deze crisis. Maar wanneer we de coronapandemie niet afdoende bestrijden, zullen er veel onschuldige slachtoffers vallen. Het lijkt de nieuwe gelovigen weinig te beroeren.
Voor mij (als niet-katholiek) is het moeilijk te begrijpen waarom de ecodicee desinteresse heeft in het concrete lijden van mensen. Is dat zo, of is er sprake van een misvatting van katholieken ten opzichte van ecologen? Zoals in alle conservatieve kringen van liberale en christelijke-confessionele snit dergelijke vooroordelen bestaan? En ziet Bodelier niet een psychologisch aspect over het hoofd dat de Partij voor de Dieren een instrument heeft gevonden om eigen ecologische doelstellingen effectiever te kunnen bereiken door middel van de schade die in onze samenleving dieren wordt aangedaan en daarmee indirect ook de zwakkere inkomensgroepen onder de mens zelf?
Wel kunnen spirituele kringen begrip opbrengen of het ondubbelzinnig eens zijn met de volgende eerste zin in de onderstaande passage van Bodelier, waarbij de laatste twee zinnen weer volledig de plan misslaan:
“In onze samengegroeide wereld zal de coronapandemie niet de laatste planetaire crisis zijn. Moeten we de moderne intensieve landbouw inruilen voor biologische landbouw, zoals Luyten in haar column bepleit, en daarmee afzien van het voeden van de wereldbevolking? Schakelen we met Ewald Engelen de economie in de achteruit om terug te keren naar een armzalig verleden? Dienen we met Damiaan Denys voortaan in onze sterfelijkheid te berusten?
De slotalinea kent een innerlijke tegenstrijdigheid, omdat beide genoemde mogelijkheden (‘voorkomen van tweede golf’, alsof dat in onze handen besloten ligt enerzijds, en ‘mondiale samenleving blijven voeden’ op de oude voet blijven regelen, alsof dat mogelijk zou zijn). Inclusief weer katholieke trekjes die herkenbaar zijn: “Niet God of de natuur zal ons redden. Alleen onze eigen, menselijke scheppingskracht leidt tot een betere wereld voor iedereen.” Als of juist dit iets nieuws brengt. Onmogelijk, want standaard 3D-denken!
“Of zetten we alles op alles om een tweede golf te voorkomen en vervolgens te werken aan een mondiale samenleving waarin we ook met tien miljard mensen gezond, welvarend en geëmancipeerd kunnen leven? Wat we daarvoor kunnen inzetten zijn onze technologie, verbeeldingskracht en wil tot samenwerken. Niet God of de natuur zal ons redden. Alleen onze eigen, menselijke scheppingskracht leidt tot een betere wereld voor iedereen.”
[Ralf Bodelier studeerde theologie en promoveerde als filosoof. Met zijn organisatie World in Progress organiseert hij de abdijsessies ‘Inspireren met vooruitgang’. Zijn recentste boek is Kosmopolieten – Grote filosofen over een betere wereld voor iedereen.]
https://krant.volkskrant.nl/titles/volkskrant/7929/publications/979/articles/1157361/50/1