Brussel kan zich opmaken voor ‘electorale ruk naar rechts’ (Mathijs Schiffers, Europa/fd, 24-1-24)
Radicaal-rechtse, eurosceptische partijen scoren goed in prognoses voor Europese stembusgang in juni. Het zet de groene agenda en het Oekraïnebeleid van Brussel onder druk.
In het kort:
- Radicaal-rechtse en eurosceptische partijen scoren goed in prognoses voor Europese verkiezingen van juni.
- Opmars gaat ten koste van de traditionele middenpartijen wat de klimaat- en milieuagenda van Brussel kan raken.
- De christendemocraten, de grootste groep in het Europarlement, nemen in hun verkiezingsprogramma alvast een voorschot op het veranderende sentiment.
De Europese verkiezingen van juni dit jaar beloven een zegetocht voor radicaal-rechtse en eurosceptische partijen te worden. Hun opmars gaat ten koste van de middenpartijen die de afgelopen decennia de Brusselse agenda bepaalden. Dat roept bij onderzoekers vragen op over de bestendigheid van het Europese klimaat- en milieubeleid, maar ook over de toekomst van de Oekraïnepolitiek van Brussel.
De ruk naar rechts blijkt uit recente prognoses van de European Council on Foreign Relations (ECFR), een denktank met kantoren in zeven Europese hoofdsteden. De voorspellingen bevestigen het beeld dat eerder ook naar voren komt uit bevindingen van andere organisaties die zich over de Europese verkiezingen buigen, zoals Europe Elects en De (Europese) Federalist.
‘De verwachte daling van de steun voor politieke mainstreampartijen, gevoegd bij de opmars van kleinere, extreme partijen, zal waarschijnlijk significante bedreigingen vormen voor enkele cruciale pijlers onder de Europese agenda, zoals de Green Deal, steun voor Oekraïne en de toekomstige uitbreiding van de EU’, stellen de onderzoekers van ECFR.
*Deze vermeende ‘significante bedreigingen’ voor enkele cruciale pijlers onder de Europese agenda betekent helemaal niet dat de criticasters gelijk hebben, maar wél dat het bestaande beleid veel beter dan tot heden is gedaan, verkocht moet worden. Dat lijkt tot nu toe nergens op en dat is te wijten aan de vergaderculturen van politieke gremia. Er zal kortom veel meer gesproken moeten worden met alle nationale bevolkingslagen om daar te peilen wat er gedacht wordt in het geval van draagkracht onder de bevolking in verband met het gevoerde beleid. Het gevoerde beleid was zeker goed te noemen maar als de ‘block/systembusters’, ofwel de hindermachten zoals radicaal-rechts te veel macht krijgen op sociale media, dan houdt de rationaliteit en gezonde verstand op te bestaan. En dat vormt nog het grootster gevaar voor de EU.
Top drie levert in
In de prognoses blijven de christendemocraten (met CDA en ChristenUnie) de grootste politieke familie in Europa, gevolgd door de sociaaldemocraten (PvdA). Beide groepen leveren wel in. Dat geldt zeker ook voor de Europese liberalen (VVD, D66). Zij zijn in aantal zetels nu nog naar de derde groep in het Europarlement, maar worden volgens de prognoses ingehaald door het radicaal-rechtse Identity & Democracy (PVV, Vlaams Belang, de Duitse AfD en het RN van Marine Le Pen) en mogelijk ook door de eurosceptische ECR (JA21, SGP).
De Europese Volkspartij (EVP), zoals de christendemocratische fractie in het Europarlement heet, anticipeerde het afgelopen jaar al op de electorale zwaai naar rechts met steviger posities op Brusselse wettendossiers. Zo stemde de groep afgelopen zomer tegen de natuurherstelwet van toenmalig Eurocommissaris Frans Timmermans.
De wet bleef ternauwernood overeind. Een voorstel tot verwerping sneuvelde met 324 tegen 312 stemmen. Als de prognose van ECFR uitkomt, zou de natuurherstelwet na de aanstaande verkiezingen met 393 tegen 321 wel het onderspit delven.
*Deze cijfers koersen af op het toekomstig beeld dat de huidige democratische beleidsvormingsprocedures falen in hun uitwerking.
Ban op verbrandingsmotor terugdraaien
Voorstanders van de Green Deal, zoals het EU-project dat moet leiden tot klimaatneutraliteit in 2050 heet, kunnen zich troosten met de gedachte dat de meeste klimaat- en milieuwetten al zijn goedgekeurd en in werking getreden. Ook wijzen ze erop dat de opkomst onder euroscpetici bij Europese verkiezingen nog wel eens laag wil zijn.
Maar helemaal gerustgesteld kunnen ze toch niet zijn, gelet op de details van het verkiezingsprogramma dat de EVP in elkaar aan het zetten is. Zo willen de christendemocraten het Europese verbod op auto’s met verbrandingsmotoren per 2035, zoals afgelopen jaar overeengekomen, van tafel. Ook willen ze dat er voor iedere nieuwe Brusselse wet, er twee worden geschrapt.
Deze plannen kunnen Commissievoorzitter Ursula von der Leyen in een lastige parket brengen. Zij is van de christendemocraten en zal, als ze voorzitter wil blijven, campagne moeten voeren met een programma dat een deel van haar beleid van de afgelopen jaren wil terugdraaien.
GroenLinks-Europarlementariër Bas Eickhout, die bij de Europese verkiezingen de gezamenlijke lijst met de PvdA gaat aanvoeren, denkt dat het met het terugdraaien van wetten zo’n vaart niet zal lopen. Wel maakt hij zich zorgen om het veranderende sentiment. ‘Ik zie de trend natuurlijk ook. Het draagvlak voor de veranderingen die wij willen lijkt kleiner te zijn. De vorige Europese verkiezingen, die van 2019, gingen over klimaat. De pendule lijkt nu de andere kant op te gaan.’
‘Bedrijven willen duidelijkheid’
Eickhout wijst erop dat de VS en China gas geven met het stimuleren van hun groene industrieën en dat Europa zich in eigen voet schiet als het nu de pauzeknop indrukt. Bedrijven willen volgens hem juist ‘duidelijkheid’ en geen zwabberkoers. In het Verenigd Koninkrijk beet de industrie afgelopen najaar van zich af toen premier Rishi Sunak bekendmaakte het Britse klimaatbeleid te willen afzwakken.
Bij het buitenlandbeleid van de EU speelt het Europees Parlement in de regel op zijn best een bijrol. Maar de allianties die partijen na de verkiezingen sluiten en de impact van de uitslag op debatten in de lidstaten zelf, zullen volgens ECFR wel degelijk van invloed zijn op de toekomstige keuzes op deze terreinen.
Daar komt bij, aldus Manuel Müller van nieuwsblog De Federalist, dat rechtse partijen ook terugkeren in steeds meer Europese regeringen. Dat kan de balans in de Raad, het overleg- en beslisorgaan van de lidstaten, naar hun kant doen overhellen. Het parlement, waar de meerderheid van de stemmen telt, is volgens Müller nog ‘het best geëquipeerd om met de uitdaging van extreemrechts om te gaan.’
De Raad, die altijd streeft naar consensus, geeft radicaal-rechts meer kansen om zijn invloed uit te breiden ‘met iedere nationale regering waar ze aan deelnemen’, aldus Müller.
https://fd.nl/politiek/1504058/brussel-kan-zich-opmaken-voor-electorale-ruk-naar-rechts