Mijn hypothetische antwoord als politicoloog luidt dat ik de volgende stelling poneer: Het verschil tussen beide historische feiten kan symbolisch vooral verklaard worden tussen de bijvoeglijke naamwoorden ‘groot’ en ‘grootschalig’ dat ik in dit verband nu aangebracht heb. De watersnoodramp was een ‘grote’ natuurramp, waardoor het draagvlak onder de bevolking uit solidariteit groot genoeg was om in een vloek en een zicht een parlementaire meerderheid te vinden was voor de Deltawerken en een kolossaal bedrag dat daarin geïnvesteerd moest worden. Geen twijfel over mogelijk. Maar het ging hierbij om een éénmalige grote overheidsoperatie.
Het grote verschil met de eerste crisis van de 21e eeuw was zoals genoemd: 9/11. Dat was een aanval van het islamitische deel van de wereldbevolking tegen het westen en met name de VS en daarom ‘grootschalig’ en dus internationaal van karakter, en zelfs intercontinentaal. Een essentieel verschil met de 20e eeuw. Een miljarden kostende operatie, aanvankelijk eerst in de VS maar sinds de hypothekencrisis en alle opvolgende crises systematisch internationalistisch van karakter en niet meer alleen nationaal, want al die ‘hersteloperaties’ kostten miljarden, zoals de eurocrisis met de verbale financieringsoorlog tussen Noord- en Zuid-Europa, de eurozone tegenover de rest. Achter elkaar door en ook miljarden verslindend. Met het voorlopige dieptepunt Oekraïne.
De eerste ramp was puur nationaal van karakter, de rest in de 21e eeuw volkomen internationalistisch. Dat als kern van de verklaring, maar met een wezenlijk verschil in karakter. De spontane solidariteit bij de Watersnoodramp was volkomen vanzelfsprekend en politiek legitiem om aan te pakken, maar bij de internationale rampen kregen we voor het eerst in de menselijke geschiedenis te maken met meerdere rampen achtereen met supranationale gezagsvormen, zoals de UN (Korea, Joegoslavië-oorlog, etc.) NAVO (bescherming tegen het Warschaupact, en vredesmissies op verzoek en gezag van de VN, zoals bij burgeroorlogen en Afghanistan), IMF met financiële leningen aan arme landen), maar sinds 2020 de coviduitbraak die tot pandemie uitgroeide, en dus ook weer internationaal van karakter werd onder gezag van de WHO.
Al die internationale gezagsvormen stonden altijd ver van de bevolking af en daarmee werd het gezag van de nationale gezag via de eigen regering kleiner. Voor de burgers van natiestaten werd het een ver van mijn bed show, waarbij sinds de covidcrisis het woord van het gezag (vooral bewindspersonen van Volksgezondheid) in het openbaar betwijfeld werd, mede door toedoen van het tot nieuw even gebrachte begrip van de complottheorie, die feitelijk al in de middeleeuwen voorkwamen door de zwarte pest (waarvan de Joden en heksen de schuld kregen en de laatsten op de brandstapel terecht kwamen als onwenselijke personen die in de toenmalige samenleving niet pasten.
Tot slot of concluderend: nationale overheden krijgen vanwege de innovaties op digitaal en virtueel gereedschappen het steeds moeilijker om hun trukendozen die voorheen heel gewoon waren (Machiavelli) maar voor de buitenwereld onvindbaar, onbereikbaar én onkenbaar (te houden tot aan vandaag aan toe)); de regentenmentaliteit die dus overal nog dominant is, laat zich niet eenvoudig ‘ontzetten’, en dat vormt een vingerwijzing dat de democratie als representatief bestel 19e -eeuws gebleven is en daarom bezig te verdwijnen. Om vervangen te worden door een directe democratie. Want de bevolking kan het nu zonder politiek gekonkel van parlementariërs en bewindslieden.
Ik hoop dat @beatricedegraaf hiermee kan instemmen en tevreden kan zijn.