Stelling: ‘De nieuwe volksvertegenwoordiger’ is de officiële titel die deze officieel is meegegeven; die ziet hij ontstaan en dus een ‘andere’ dan die wij allen vandaag de dag kennen als het huidig bestaande en dus gemiddelde Kamerlid #perfecte visie op democratie en rechtsstaat dat na vandaag nader wordt uitgevoerd
Binnenhoflezing Pieter Omtzigt: ‘De balans tussen burger en staat moet hersteld worden’ (Pieter Omtzigt, Opinie/nrc.nl, 7-9-23)
Bestuurscultuur | De balans tussen kiezers en gekozenen, tussen Tweede Kamer en kabinet is verstoord. Des te meer reden, volgens Pieter Omtzigt, om dit zo snel mogelijk te repareren.
*Omtzigt heeft natuurlijk gelijk dat deze disbalans zo snel mogelijk moet worden gerepareerd, maar dat is een kwestie van de lange adem; omdat die reparatie nog eerst erg veel denkwerk vereist en op veel weerstanden zal stuiten wat voorgaande hervormingsplannen vanaf LPF en opvolgers hebben ondervonden. De auteur is deskundig en ervaren genoeg om daarmee rekening te houden want je hebt er een stevige portie doorzettingsvermogen en vasthoudendheid voor nodig. Hij heeft dat in de recente tijd al bewezen erover te beschikken: ‘dikke of een harde huid hebben’.
‘Op zaterdag ben ik af en toe scheidsrechter in het voetbal. De spelregels van het spel zijn heel duidelijk en zowel de spelers, de trainers als de scheidsrechter en de assistent-scheidsrechters horen ze te kennen en te interpreteren. Als scheidsrechter heb je betrouwbare informatie nodig, uit eigen observatie en van anderen. Heb je die informatie niet, omdat je niet goed kijkt bijvoorbeeld, dan loopt het spel uit de hand. Dat is dus precies zoals bij het werk van een Kamerlid: als die de informatie niet heeft en niet opeist, dan neemt de volksvertegenwoordiging totaal verkeerde besluiten.
*Mooie metafoor van de scheidsrechter!
Alleen als de informatiebalans op orde is, kan een vertegenwoordigende democratie werken.
Daarom zijn vergaderingen van de Tweede Kamer in principe openbaar en zijn alle stemmingen openbaar, tenzij ze over personen gaan. Daarom heeft de Tweede Kamer een grondwettelijk recht op informatie van de regering: artikel 68 van de Grondwet. Daarom hebben burgers en de pers recht op informatie van de overheid onder de Wet open overheid, zonder dat ze hoeven te vertellen waarvoor het nodig is. Daarom hebben burgers inzagerecht in hun eigen persoonsgegevens bij de overheid en elders, waarop maar zeer beperkt uitzonderingen mogelijk zijn.
*Uit deze opsomming blijkt al zonneklaar hoeveel er in onze democratie stelselmatig verkeerd is gegroeid en dus (onbewust?) is ontwikkeld.
‘En daarom moet de overheid zich aan de archiefwet houden, zodat herleidbaar is wat er gebeurd is.
*Hier heeft dus óók het parlement oneindig veel steken laten vallen en daarom is het gehele bestel in het geding.
‘In theorie is de machtsbalans hiermee in evenwicht. Maar hoe gaat dit in de praktijk?
De Nederlandse overheid is op verschillende momenten uit de bocht gevlogen met dataverzameling en met grondrechten. Het gebeurt incidenteel maar dit holt het vertrouwen in de rechtsstaat wel uit. Neem de ‘zwarte lijsten’ bij de Belastingdienst. De fiscus hield in strijd met de privacyregels zwarte lijsten bij waarop fraudesignalen stonden. Dat kon dus gewoon geconstateerde fraude zijn maar ook een signaal, een vermoeden. Dat laatste gebeurde nogal eens in het Toeslagenschandaal, waarbij de Belastingdienst een of meerdere jaren ontvangen toeslagen terugvorderde van ouders en zoals we weten vaak ten onrechte. Een van de gevolgen was dat als je op de lijst stond, je niet in aanmerking kwam voor minnelijke schuldsanering. De Belastingdienst eist alles op met desastreuze gevolgen, zoals huisuitzettingen, van dien.
*Blamerende ontwikkelingen waarvan de burger dankzij de parlementaire enquête getuige is geworden.
‘Het gebruik van de zwarte lijsten leidde ertoe dat mensen als schuldigen werden aangemerkt en daar ook de gevolgen van ondervonden, zonder dat er een rechter aan te pas was gekomen. Ze kunnen zich niet eens verweren omdat ze niet weten wie over welke informatie over hen beschikt. Veel van de onrechtmatige registraties en de gevolgen blijven tot op de dag van vandaag in stand.
*Er is maar één (zwak) excuus hiervoor te geven, namelijk dat ‘men’ (uitvoeringsorganisaties, parlementariërs en verantwoordelijke kabinetsleden niet wisten wat precies de oorzaak van die ‘ambtelijke vaststellingen was van plaatsing op de zwarte lijst. Daarom is de les die hieruit. Getrokken dient te worden dat de programmeurs van die algoritmes ter verantwoording worden geroepen omdat zij dondersgoed wisten (dat kan namelijk niet missen omdat het bedrijfsleven – lees: de techsector – hiermee al ruimschoots ervaring had opgedaan), namelijk ‘eigen vindingen van wat mogelijk was op dit terrein – dus zelf/eigen programmeringswerk.
Wordt vervolgd